H1.3 Waarvoor zorgde de natuur? (deel 2A)

H1 'Lage landen aan de zee'



cursus 1.3 'Waarvoor zorgde de natuur?'



1 / 17
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H1 'Lage landen aan de zee'



cursus 1.3 'Waarvoor zorgde de natuur?'



Slide 1 - Slide

Planning

  • Lesdoelen vorige les
  • Lesdoelen deze les
  • Instructie / zelfstandig werken
  • Aan de slag
  • Lesdoelen evalueren


Slide 2 - Slide

Herhaling lesdoelen 1.2

Slide 3 - Slide

1. Noem de 7 landschappen.
2. Noem van elk landschap een kenmerk

Slide 4 - Open question

Welke landschappen liggen in Laag-Nederland?
A
Duin-, rivierklei -en laagveenlandschap.
B
Laagveen-, zeeklei -en duinlandschap.
C
Zand-, rivierklei- en zeekleilandschap.
D
Hoogveen-, zeeklei -en duinlandschap.

Slide 5 - Quiz

Welke landschappen liggen in Hoog-Nederland?
A
Hoogveen-, zand-, rivierklei -en lösslandschap.
B
Zand-, laagveen-, rivierklei -en lösslandschap.
C
Zeeklei-, hoogveen, duin -en zandlandschap.
D
Löss-, hoogveen-, duin -en zandlandschap.

Slide 6 - Quiz

Lesdoelen 1.3
•    Je kunt het begrip natuurlandschap uitleggen.

•    Je weet welke 3 elementen de landschappen in Nederland hebben
       gevormd.

 •    Je kunt uitleggen hoe de verschillende landschappen zijn ontstaan:
       zandlandschap, löslandschap, (rivier -en zee)kleilandschap, 
       duinlandschap, (laag -en hoog)veenlandschap.


Slide 7 - Slide

Zelfstandig / Instructie volgen
1) Zelfstandig werken:
Je leest eerst alle leerstoffen door (ong. 10-15min).
Je maakt eerst de begrippen en betekenissen van de cursus.
Je maakt alle opdrachten van de cursus, ook de blauwe.
Tijdens de instructie ben je stil!
Je kunt aan het einde van de les de lesdoelen beantwoorden

2) Instructie volgen:
Je doet mee met de uitleg.
Je maakt aantekeningen als dat nodig is.
Je hoeft niet alle opdrachten te maken.

Slide 8 - Slide

Zelfstandig / Instructie volgen
3) Uitleg kijken:
  • Log in op ItsLearning / vak: GsAk (Vir/Gri) / Bronnen / Filmpjes / Filmpjes 2 kader.
  • Bekijk de filmpjes: Ontstaan duinlandschap, zeekleilandschap, rivierkleilandschap (laag -en hoog)veenlandschap, zandlandschap, en lösslandschap. (ong. 15 min.)
  • Maak aantekeningen over het ontstaan van de verschillende landschappen!
  • Je maakt dezelfde opdrachten als degene die de instructie volgen.
  • Je kunt aan het einde van de les de lesdoelen beantwoorden.

Slide 9 - Slide

Hoe zijn de verschillende landschappen ontstaan?

Slide 10 - Open question

Ontstaan van de natuurlandschappen:
= landschap dat door de natuur is gemaakt.

  • Wind, water en ijs hebben de landschappen in Nederland gevormd.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Ontstaan zand/löss landschappen:
  • Zandlandschap is ontstaan door de wind en het ijs die het zand meenamen .

  • Lösslandschap is ontstaan door door de wind. Löss werd door de wind meegenomen en naar Zuid-Limburg geblazen.

Slide 13 - Slide

Ontstaan van de kleilandschappen
  • Zeekleilandschap: is ontstaan door overstromingen van de zee. Deze legde steeds een nieuw laagje klei neer.

  • Rivierkleilandschap: is ontstaan door overstromingen van de rivier. Deze legde grind, zand en klei neer.

Slide 14 - Slide

Ontstaan duin/veenlandschappen
  • Laag -en Hoogveenlandschap: is ontstaan door dode plantenresten die onder water bleven, waardoor ze niet gingen rotten.

  • Duilandschap: is ontstaan door de wind die het zand van het strand blaast, waardoor er hoopjes zand ontstaan.

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Maken:
  • Cursus 1.3 blz. 20 t/m 25 opdr. 2, 3, 4, 5, 6, 8
  • Begrippen en betekenissen


Klaar:

  • Alle blauwe opdr.
  • Verdieping blz. 34, 35
  • Topografie blz. 36, 37

Slide 16 - Slide

Evaluatie Lesdoelen 1.3
  • Je kunt het begrip natuurlandschap uitleggen.

  • Je weet welke 3 elementen de landschappen in Nederland hebben
       gevormd.

  • Je kunt uitleggen hoe de verschillende landschappen zijn ontstaan:
       zandlandschap, löslandschap, (rivier -en zee)kleilandschap,
       duinlandschap, (laag -en hoog)veenlandschap.

Slide 17 - Slide