Voorbereiding toets

Welkom bij scheikunde
Pak een pen, schrift en rekenmachine

Doe je mobiel in je tas


1 / 28
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij scheikunde
Pak een pen, schrift en rekenmachine

Doe je mobiel in je tas


Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Na de les kan je...
  • op juiste wijze vragen beantwoorden op de toets.
  • benoemen wat je moet kennen en kunnen op de toets.

Slide 2 - Slide

symbolen, naamgeving & begrippen

Voorbeeld:
Geef van de volgende symbolen de naam van het atoomsoort.

Verwacht:
antwoord van een tot een paar woorden

Slide 3 - Slide

Meerkeuze
Geef slechts een antwoord.

Doe dit met een duidelijke hoofdletter A, B, C of D.

Slide 4 - Slide

Berekenen
Bijvoorbeeld:
Bereken het volume van 20 kg goud in cm3
De dichtheid van goud is 19,3 kg/m3.

Zonder berekening geen punten.

Eindantwoord schrijf je de juiste eenheid op en van toepassing bijbehorende stof.

Slide 5 - Slide

Uitleggen
Bijvoorbeeld:
Leg uit of de stof in de proef een zuivere stof of een mengsel is.

Geen uitleg geen punten.

Noteer je antwoord met waarneming uit tekst, wat het betekent en wat je conclusie is.

Slide 6 - Slide

Tekenen
Bijvoorbeeld:
Teken op microniveau een oplossing bijvoorbeeld van suiker in water.

Maak een tekening met potlood en benoem alles in de tekening duidelijk.

Slide 7 - Slide

Grafiek
Bijvoorbeeld:
Maak een grafiek van het condenseren van een mengsel.

Teken met potlood en geodriehoek. Benoem de assen met grootheid en eenheid (en geef duidelijk aan wat alles betekent).


Slide 8 - Slide

Kennen
  • Wat een stofeigenschap is.
  • Veiligheidssymbolen, H- en P-zinnen, materialen uit lab
  • fasen en faseveranderingen
  • soorten mengsels
  • zuurgraad pH van zuur, neutraal en basisch
  • Verschil macro en micro
  • deeltjesmodel (fasen)
  • atoomsoorten en symbolen (tabel 2.13)

Slide 9 - Slide

Kunnen (H1)
  • uitleggen of het zuivere stof of mengsel is (grafiek of afbeelding)
  • met dichtheid rekenen en eenheden omrekenen
  •  handeling, waarneming en conclusie benoemen
  • temperatuurschaal omrekenen en van stof fase bepalen met kookpunt en smeltpunt
  • schematische weergave faseovergang noteren
  • soorten mengsel herkennen en van elkaar onderscheiden

Slide 10 - Slide

Kunnen (H2)
  • deeltjesmodel tekenen fasen, faseovergangen en mengsels
  • benoemen ontleedbare en niet-ontleedbare stoffen
  • atoomsoorten met dezelfde soort eigenschappen benoemen
  • molecuulformule opstellen vanuit een afbeelding
  • uitleggen wat molecuulformules inhouden en ermee rekenen
  • systematische naamgeving van simpele moleculen
  • molecuulmassa uitrekenen met atoommassa's  en massapercentage van atoomsoort bepalen.

Slide 11 - Slide

wat is geen stofeigenschap?
A
smaak
B
kleur
C
massa
D
dichtheid

Slide 12 - Quiz

Een zuivere stof heeft een
A
kookpunt
B
een kooktraject
C
een kooktraject en een kookpunt
D
geen kooktraject of kookpunt

Slide 13 - Quiz

Bereken de dichtheid.
timer
3:00
A
0,37 g/cm3
B
2,7 kg/m3
C
2,7 g/cm3
D
0,37 kg/m3

Slide 14 - Quiz

Dit pictogram staat voor.....
A
schadelijk
B
giftig
C
bijtend
D
milieugevaarlijk

Slide 15 - Quiz

Waarvoor staat de H- bij H-zinnen
Waarvoor staat de P bij P- zinnen
A
H = Huidirritatie P = Pictogram
B
H = Gevaar P = Pictogram
C
H = Huidirritatie P = Voorzorgsmaatregelen
D
H = Gevaar P = Voorzorgsmaatregelen

Slide 16 - Quiz


Voeg suiker toe aan het water
A
handeling
B
waarneming
C
conclusie

Slide 17 - Quiz


suiker lost op in water
A
handeling
B
waarneming
C
conclusie

Slide 18 - Quiz

Hoe heet het glaswerk hiernaast?
A
Erlenmeyer
B
Reageerbuisje
C
Maatcilinder
D
Bekerglas

Slide 19 - Quiz

Hoe heet het hiernaast afgebeelde glaswerk:
A
Erlenmeyer
B
Bekerglas
C
Maatcilinder
D
Maatkolf

Slide 20 - Quiz

Welke faseovergang zie je hier?
A
Condenseren
B
Verdampen
C
Smelten
D
Stollen

Slide 21 - Quiz

Aceton heeft een smeltpunt van 178 K en een kookpunt van 329 K.

In welke fase bevindt deze stof zich bij 77 °C?
A
vloeibaar
B
gas
C
vast

Slide 22 - Quiz

Wat is de schematische weergave van het smelten van water
A
water (l) --> water (s)
B
water (s) --> water (g)
C
water (s) --> water (l)
D
water (l) --> water (g)

Slide 23 - Quiz

Wat is de molecuulformule van diwaterstofmonosulfide?
A
HS
B
HS2
C
HS3
D
H2S

Slide 24 - Quiz

Wat is de coëfficiënt
van de afgebeelde
moleculen?
A
4 C2H6O
B
3 C2H6O
C
6 C2H6O
D
5 C2H6O

Slide 25 - Quiz

Wat klopt niet bij de vorige vraag
A
de coëfficiënt moet na de molecuulformule
B
alles klopte
C
de indexcijfers staan niet hoog genoteerd
D
de indexcijfers staan niet laag genoteerd

Slide 26 - Quiz

Hoeveel atoomsoorten zie je?
A
3
B
2
C
5
D
0

Slide 27 - Quiz

De molecuulmassa van CO2 is...

C = 12,01 u en O = 16,00 u
A
44,01 u
B
28,01 u
C
56,02 u
D
784,5601 u

Slide 28 - Quiz