examentraining MZRG theorie deel 1

Examentraining 2024
Mens & Zorg
Theorie deel 1
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmboLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Examentraining 2024
Mens & Zorg
Theorie deel 1

Slide 1 - Slide

Afspraken

  • Neem je Mapje en examentrainingsboekje mee naar de les!
  • Neem een pen/ potlood mee naar de les!
  • Mobiel/ koptelefoon/jas > weg
  • serieuze werkhouding> geen motivatie?

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je
  • soorten zorg benoemen
  • Benoemen wat ADL betekent en welke ADL hulpmiddelen er zijn.
  • wat een mantelzorger is
  • Verschillende ouderdomsziekten opnoemen en uitleggen wat het inhoudt
  • verschil tussen somatisch en psychosomatich aangeven
  • wat zelfredzaamheid betekent
  • voorbeelden van persoonlijke verzorging opnoemen
  • wat empathie betekent

Slide 3 - Slide

Wat is persoonlijke verzorging?

Slide 4 - Slide

Persoonlijke verzorging
Alles wat iemand kan doen om ervoor te zorgen dat het lichaam goed wordt verzorgd. 

Slide 5 - Slide

Wat betekent ADL?
  • Algemeen dagelijkse levensverrichtingen 
  • helpen voor meer zelfstandigheid


ADL hulpmiddelen zijn er voor zorgvragers met een:
visuele/ auditieve beperking  (braille, Vibrerende wekkers)
lichamelijke beperking
psychische beperking (autisme)

Slide 6 - Slide

ADL hulpmiddelen

Slide 7 - Slide

Voorbeelden ADL:

Slide 8 - Slide

ADL-hulpmiddelen
- ADL Kam
- ADL Knopenhaak
- ADL Schilhulp
- ADL Kaasschaaf
- ADL Mes
- ADL Pen
- ADL Sleutel

Slide 9 - Slide

 Soorten zorg
  • Zelfzorg
  • Mantelzorg
  • Professionele zorg

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Niveaus binnen de zorgverlening in Nederland​
Nuldelijnszorg: preventieve zorg, bijvoorbeeld het consultatiebureau​, mantelzorg, zelfzorg (preventie)
  

Eerstelijnszorg: Hier kom je als eerste mee in aanraking als je een probleem hebt, bijvoorbeeld de huisarts, thuiszorg​, fysiotherapeut, Tandarts / Orthodontist / Mondhygiënist, Fysiotherapie
Apotheek, Psycholoog, Maatschappelijk werk

Tweedelijnszorg: Specialistischer dan eerstelijnszorg. Verwijzing uit de eerste lijn nodig. Bijvoorbeeld ziekenhuis.​ Specialisten in ziekenhuizen en klinieken, Revalidatiezorg, Geestelijke gezondheidszorg (GGZ), Gespecialiseerde jeugdzorg

Derdelijnszorg: Nog specialistischer, bijvoorbeeld bij zeldzame aandoeningen. Voorbeeld: academische ziekenhuizen/ brandwondencentrum/Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis (gespecialiseerd in kanker)


Slide 12 - Slide

Plaats van behandeling 
Intramurale zorg: Binnen de muren van een instelling ( IN)
     Bijv. zorg in ziekenhuis, verpleeghuis, psychiatrische instelling 

Extramurale zorg: Buiten de muren van een instelling (EXTERN)
     Bijv. zorg aan huis, kraamzorg 

Transmurale zorg: zowel in een instelling als daarbuiten 
     Bijv. zorg voor patiënten met een lichamelijke aandoening     (operatie/thuiszorg) 

Semimurale zorg: tussen intramurale en extramurale zorg. 
     Bijv. Aanleunwoning of dagopvang. 

Slide 13 - Slide

Wat betekent Empathie?

  • Empathie betekent, dat je je kunt verplaatsen in de gevoelens van een ander

Slide 14 - Slide

Wat betekent Zelfredzaamheid?
Wanneer iemand voor zich zelf kan zorgen is hij/zij zelfredzaam.


Slide 15 - Slide

Zelfredzaamheid stimuleren

Slide 16 - Slide

Zelfredzaamheid stimuleren 

Slide 17 - Slide

Medicijnen
1. Vrij verkrijgbare medicijnen


2. Medicijnen op recept

Slide 18 - Slide

Toedieningsvormen  medicijnen

Slide 19 - Slide

Somatisch
Somatisch betekent letterlijk lichamelijk. 

Het is het tegenovergestelde van psychisch. 

Somatische klachten zijn dus lichamelijke klachten.
Psychosomatisch
Lichamelijke klachten die worden veroorzaakt door stress of spanning.

Denk aan hoofdpijn door bv ruzie.

Slide 20 - Slide

Epilepsie
Epilepsie is een stoornis in de hersenen, waarbij zich tijdelijk, plotseling en ongecontroleerd grote groepen hersencellen ontladen. Er ontstaat als het ware ‘kortsluiting’ in de hersenen.

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

spasticiteit
Dit is het samentrekken van bepaalde spieren met spierstijfheid en krampen.

Slide 23 - Slide

Decubitus

Dit zijn doorligwonden, die vooral voorkomen bij mensen die bedlegerig zijn. 


Het regelmatig wisselen van houding is belangrijk en een antidecubitusmatras is aan te raden. 

Het is belangrijk dat patiënten veel drinken.

Slide 24 - Slide

Klompvoet

  • Een klompvoet is een aangeboren afwijking van de stand van de voet
  • erfelijkheid
  • 20 weken echo
Spitsvoet (contractuur)

  • Mensen met een spitsvoet lijken altijd op hun tenen te lopen. Doordat de kuitspieren te gespannen zijn wordt de voet naar beneden getrokken.
  • Een spitsvoet wijst altijd naar beneden. 
  • Bijvoorbeeld door bedlegerigheid

Slide 25 - Slide

Wat is zelfredzaamheid?
A
Als je jezelf kan redden op alle gebieden van het algemene dagelijks leven (ADL)
B
Als je je zelf kan redden als je een ongeluk hebt gehad
C
Als je weet wat het nodig is om zelf dingen te kunnen doen
D
Mensen helpen in het dagelijks leven die dat niet kunnen

Slide 26 - Quiz

Wat is empathie?
A
contact gestoord
B
inlevingsvermogen
C
sociaal gedrag
D
inspanning

Slide 27 - Quiz

Waar staat ADL voor?

Slide 28 - Open question

Wat zijn ADL-hulpmiddelen? Noem er 3.

Slide 29 - Open question

Wat is een juist voorbeeld van een ADL hulpmiddel?
A
aangepast bestek
B
helping hand
C
knopenhaak
D
sokaantrekker

Slide 30 - Quiz

Wat is een mantelzorger?

Slide 31 - Open question

Welke ziekte is somatisch?
A
DE ziekte van alzheimer
B
Diabetes
C
Depressie
D
Dementie

Slide 32 - Quiz

Bij overgewicht heb je meer kans op bepaalde ziektes.
Welke ziektes zijn dit?
A
Bloedarmoede en diabetes
B
diabetes en hart-en vaatziekten
C
botontkalking en bloedarmoede
D
hart en vaatziekten en botontkalking

Slide 33 - Quiz

Wat zijn ook alweer
Normen en Waarden?

Slide 34 - Open question

Slide 35 - Slide

Wat is de ziekte van Korsakow?
A
een soort dementie als gevolg van te veel alcoholgebruik
B
Een griepsoort afkomstig uit Rusland
C
Een virusinfectie aan de lever
D
een bacteriële infectie aan de slokdarm

Slide 36 - Quiz

Wat is epilepsie
A
Spierspasme
B
Kortsluiting in de pancreas
C
Aanvallen door kortsluiting in de hersens
D
Spierspanning door zout tekort

Slide 37 - Quiz

Maak nu de minitoets facet op papier
  • Je hebt hier ongeveer 15 min voor
  • maak deze in stilte
  • hierna wordt de toets klassikaal nabesproken.
timer
15:00

Slide 38 - Slide