Ned_dond_2 sept_h3b

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Wat gaan we doen?

Terugblik 

Stillezen

Nakijken huiswerk (deels)

Oefenen & kort filmpje

Zelfstandig aan de slag en huiswerk controleren

Evalueren

Vooruitblik 

Hoe was de les gegaan?

Wat heb je gedaan?

Afspraken

• Startklaar binnen een paar minuten  (etui, methodeboek, leesboek)
• Telefoon uit het zicht
• Plattegrond zitten

Les 1

Kennismaking Nederlands / lezen

Les 2

Lezen/ boek kiezen

Les 3

Spelling

Periode 1

Toets spreken en luisteren (pitch)

Toets lezen (h1-h3) (deels spelling)

Toets woordenschat O V G

stillezen (15 min) 

Lesdoel (woensdag)

Je weet weer wat hoofd- en bijzaken en kernzinnen zijn.

Je kunt tekstverbanden en signaalwoorden herkennen.

Huiswerkcontrole

Hoofdstuk 1

Lezen

Bladzijde 15

Opdracht 4

Lesdoel (vandaag)

Je weet meervoud gebruiken bij bijv. nw 

Je weet hoe je werkwoorden moet schrijven die in de tegenwoordige tijd hetzelfde klinken. 

Je kunt werkwoordsvormen herkennen en correct spellen

't ex-fokschaap

Op het feest werd door iedereen gedanst/gedansd.

Hele werkwoord = dansen

Stam = dans (-en eraf)

dans eindigt op een -s

de -s zit in 't ex-fokschaap, bij het voltooid deelwoord komt er een -t.

Op het feest werd door iedereen gedanst.

De stappen

1. Is het een pv? 

- pv in de tt = stam of stam + t (vervang het ww door lopen, 

hoor je dan een t, dan schrijf je ook een t)

- pv in de vt = gebruik 't ex-kofschip/sexy fokschaap = hele werkwoord (-en). Laatste letter in 't ex-kofschip? ja = t, nee = d          

De stappen 

2. Is het geen pv?

Dan is het een:

- vtdw 

- infinitief (hele werkwoord)

- bijv. naamwoord 

- onvoltooid deelwoord

vtdw/infinitief/bijv. nw

vtdw: als je werkwoord een voltooid deelwoord is, dan gebruik je 't exkofschip 

infinitief: dat is het hele werkwoord

bijvoeglijk naamwoord: dat zegt iets over het zelfstandig naamwoord en schijf je zo kort mogelijk. 

De bom barst vandaag. De bom barstte gisteren.

1. Goed
2. Fout

Ik antwoord vandaag, hij ........... gisteren.

1. antwoordt
2. antwoordde
3. antwoorde
4. antwoordte

De zon .......de jongen, toen hij door de telescoop keek

1. verblinde
2. verblinden
3. verblindde
4. verblindden

nieuwnederlands.digitaal.noordhoff.nl

Je gaat zelf aan de slag:

Hoofdstuk 1 Spelling

Bladzijde 34, opdracht  9 en 10

Hoofdstuk 2 Spelling

Bladzijde 68, opdracht 9 en 10

Ben je klaar?

Laat het werk zien aan de docent.

Hoe ging het zelfstandig werken?

Wat ging goed?

Kan er de volgende keer iets beter?

Wat gaan we het volgende uur doen?

Afmaken opdrachten 

Wat moet het volgende uur mee? 

Methodeboek, schrift, pen, leesboek