LMN B1 NOVA H4 Herhalingsles 1-4

Elektriciteit
Herhalingsles 
Paragraaf 1 t/m 4
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Nask / BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Elektriciteit
Herhalingsles 
Paragraaf 1 t/m 4

Slide 1 - Slide

Welke batterij zie je hier?
A
Oplaadbare batterij
B
Staafbatterij
C
Penlite batterij
D
Platte batterij

Slide 2 - Quiz

Welke batterij zie je hier?
A
Oplaadbare batterij
B
Staafbatterij
C
Penlite batterij
D
Platte batterij

Slide 3 - Quiz

Welke batterij zie je hier?
A
Oplaadbare batterij
B
Staafbatterij
C
Penlite batterij
D
Platte batterij

Slide 4 - Quiz

Voorwerp dat elektriciteit levert
A
Spanning
B
Batterij
C
Klein chemisch afval

Slide 5 - Quiz

Sterkte van een batterij in volt
A
Spanning
B
Batterij
C
Klein chemisch afval

Slide 6 - Quiz

Huishoudelijk afval waar schadelijke
stoffen in zitten
A
Spanning
B
Batterij
C
Klein chemisch afval

Slide 7 - Quiz

Oplaadbare batterij
A
Sterkte van een batterij in volt
B
Batterij die je kunt opladen en opnieuw gebruiken.

Slide 8 - Quiz

Wat doet een dynamo?
A
Deze zorgt dat de fiets beweegt.
B
Deze zorgt voor spanning zodat je lamp het doet.

Slide 9 - Quiz

Wat doet een generator?
A
Deze zorgt voor een hogere spanning dan aan dynamo.
B
Deze zorgt voor een lagere spanning dan een dynamo.

Slide 10 - Quiz

Welke spanning is veilig?
A
230V
B
110V
C
Alles onder 24 V
D
1,5 V

Slide 11 - Quiz

Waar komt elektriciteit vandaan?
A
van af zee
B
elektriciteitscentrales
C
zonnepanelen en windmolens

Slide 12 - Quiz

Dynamo
Elektriciteitscentrale
Generator
spanningsbron
stopcontact
Plaats waar elektriciteit wordt opgewekt.
De spanning die een ... levert is veel hoger dan die van een dynamo.
Apparaat dat door een ronddraaiende
beweging spanning opwekt.
Aansluitpunt dat elektriciteit levert. De
spanning ervan is 230 volt.
Voorwerp dat spanning levert.

Slide 13 - Drag question

Is dit schakelschema gesloten of open?
A
Gesloten
B
Open

Slide 14 - Quiz

Welk symbool is het rondje met een kruis erin?
A
Batterij
B
Schakelaar
C
Lampje
D
Stroom

Slide 15 - Quiz

Welk symbool is het 'deurtje'
A
Batterij
B
Schakelaar
C
Lampje
D
Stroom

Slide 16 - Quiz

Welk symbool is het + dunne streep, - dikke streep?
A
Batterij
B
Schakelaar
C
Lampje
D
Stroom

Slide 17 - Quiz

Stroom gaat altijd van - naar +
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Geleider
Gesloten stroomkring
Isolator
Onderbroken stroomkring
Stof die een elektrische stroom niet of
heel slecht doorlaat.
Stroomkring waarin de stroom niet
van de plus naar de min van de
spanningsbron kan lopen.
Stof waar een elektrische stroom
gemakkelijk doorheen kan lopen.
Stroomkring waarin de stroom van de
plus naar de min van de spanningsbron
kan lopen.

Slide 19 - Drag question

Schakelaar
Schakelschema
Stroom
Stroomkring
Symbool
Eenvoudige tekening van een
stroomkring.
Eenvoudig teken voor iets uit de
werkelijkheid.
Onderdeel van een stroomkring
waarmee je de stroomkring kunt
onderbreken of sluiten.
Elektriciteit die door een geleider
beweegt, bijvoorbeeld een draad.
Verbinding van de plus naar de min van een spanningsbron.

Slide 20 - Drag question

Wat weet je nog over een schakeling?

Slide 21 - Open question


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 22 - Quiz


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 23 - Quiz


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 24 - Quiz


A
Parallel schakeling
B
Serie schakeling

Slide 25 - Quiz