22RS/MR Klantreis week 1: Hospitality

22RS/MR Klantreis, assortiment en Visual Merchandising
1 / 25
next
Slide 1: Slide
RetailMBOStudiejaar 1,4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

22RS/MR Klantreis, assortiment en Visual Merchandising

Slide 1 - Slide

Kennismaken
  • Chris Nijboer
  • ? jaar oud
  • Woon samen in Enschede.
  • Geen kinderen.
  • Wél twee katten; broer en zus.
  • Hobby's: gamen, drummen.
  • 2 Studies: Commerciële Economie en Educatie
  • Andere vragen?

Slide 2 - Slide

Invulling lesuren
  • Start klassikaal (test + uitleg) → aan de slag → afsluiten klassikaal.
  • Opdrachten Teams en/of Boom (overleg).
  • Presentaties via LessonUp.
  • Bewaar alles!
  • Tijdsindeling is variabel, toetsen staan vast!

Slide 3 - Slide

Invulling lesjaar
  • 3 perioden, 8 lesweken per periode.
  • 2 boeken: KAV Boek A en Boek B.
  • 2 cijfers (overgang en diploma):
    - 1x Toets (boek A)
    - 1x Examen (beide boeken).
  • Meerdere voortgangsmetingen zoals; quiz,
    (groeps) opdrachten, presentaties en oefenexamen.
  • Mijn verwachtingen: communicatie, aandacht, verantwoordelijkheid.

Slide 4 - Slide

Voorbereiding
Altijd nodig: laptop.
  • Ga naar Lessonup.app
  • Log in met Microsoft 365 account (schoolaccount)
  • Word lid van de groep met code: dtkni (22RM/MRa)
      Word lid van de groep met code: fryfr (22RM/MRb)

  • Word lid van Team voor KAV: 3waxxac (22RM/MRa)
                                                                  dbt55ir   (22RM/MRb)

Slide 5 - Slide

Ken elkaar
In welke branche werk je?
  • Hoek 1: Fashion
  • Hoek 2: Warenhuis/ Electronica
  • Hoek 3: Supermarkt
  • Hoek 4: Overige

Slide 6 - Slide

Ken elkaar
Sorteer je in een rij zonder te praten:

Op leeftijd.


Slide 7 - Slide

Ken elkaar
Sorteer je zonder te praten op alfabetische volgorde:

Op voornaam.


Slide 8 - Slide

Doelen KAV (officieel)
Heeft specialistische kennis van het verloop van een klantenreis en relevante verkoopkanalen.
  • Je hebt kennis van en inzicht in de begrippen zoals: klantgedrag, doelgroep, klantbehoefte, klantreis, koopkracht,

    omnichannel, invloeden consumentengedrag etc.
  • Je weet hoe de klantreis die de klant maakt in de verschillende verkoopkanalen verloopt.
Heeft specialistische kennis van hospitality/beleving en de toepassing daarvan binnen retailconcepten.
  • Je hebt kennis van de begrippen zoals: retailconcept, klanten doorverwijzen, observeren, servicevormen, gastheerschap storytelling etc.
  • Je weet hoe de klantontvangst binnen jouw retailconcept wordt toegepast in een commercieel aantrekkelijke winkel.
Heeft specialistische kennis van klantgroepen en bijbehorend klantgedrag.
  • Je hebt kennis van en inzicht in de begrippen klantgedrag en klantgroepen, klantbehoefte, klantgegevens en data, observeren.
Je herkent klantgroepen.

Slide 9 - Slide

Doelen KAV (officieel)
Heeft specialistische kennis van relevante branchewetgeving.
  • Je hebt kennis van de begrippen consumentenkoop, productaansprakelijkheid, consumentenorganisaties, fabrieksgarantie en winkelgarantie, geschillenregeling, garantiebewijs, gevolgschade, colportage, koop op afstand etc..
  • Je kent de rechten en plichten van de consument.
Heeft kennis van het assortiment/merk.
  • Je kent begrippen als artikel- en productgroepen en kunt deze ook onderscheiden in bv. A, B of C-merken of in kernassortiment, randassortiment en aanvullend assortiment.
Heeft specialistische kennis van de samenstelling en samenhang van het assortiment.
  • Je kent begrippen als artikel- en productgroepen en kunt deze ook onderscheiden in bv. A, B of C-merken of in
  • kernassortiment, randassortiment en aanvullend assortiment. Je hebt kennis van assortimentsindelingen naar functie
  • zoals smal, breed, diep en ondiep of convenience, shopping, specialty
  • Je kunt de samenhang tussen retailformule en de samenstelling van het assortiment beoordelen
  • Je hebt kennis van assortimentsbeleid

Slide 10 - Slide

Doelen KAV (officieel)
Heeft specialistische kennis van de duurzaamheidsaspecten van het assortiment/merk.
  • Kan de duurzaamheidsaspecten van het assortiment/merk in beeld brengen. Daartoe weet je wat onder duurzaamheid verstaan wordt.
Heeft specialistische kennis van online en offline productpresentatie in de verkoopomgeving.
  • Je hebt kennis van begrippen zoals: vloerplan, zoning plan, routing plan, capaciteitsplan etc..
  • Je kent de verschillende social media kanalen en kunt benoemen welke je het beste in kunt zetten.
  • Je kunt zelfstandig een website bouwen.
  • Je hebt kennis van de werking en toepassing van social media kanalen.
  • Je ziet het verband tussen offline en online presentaties.

Slide 11 - Slide

Doelen KAV (officieel)
Heeft specialistische kennis van de principes van visual merchandising.
  • Je hebt kennis van het begrip klantbeleving en specialistische kennen van soorten visuals.
  • Je begrijpt de link tussen uitstalling van producten/artikelen en imago, verkoopdoelstellingen van de winkel en het verband.
  • Kan productpresentatieplannen opstellen en interpreteren
  • Je kunt artikelpresentaties in de winkel opstellen en daar je eigen creativiteit bij benutten.
  • Je kunt websites en social media kanalen inrichten.
  • Je verzamelt informatie en materialen ter voorbereiding van een productpresentatie en werkt deze (mee) uit.

Slide 12 - Slide

Doelen KAV (samengevat)
  • Hospitality: waarde bieden, klantreis, klant/koopgedrag, etc.
  • Verkopen: verkoopgesprek basis, belevingscommunicatie, afsluiting, etc.
  • Verkoopafhandeling: Kassa(functies), betaalmiddelen, klachten/service/retouren, wetgeving, veiligheid, etc.
  • Plaats: winkelinterieur/exterieur, vloerplan, etalageplan, routing, etc.
  • Assortiment: samenstelling, samenhang, duurzaamheid, merken, etc.
  • Visual merchandising: presentatievormen, family grouping, etc.
  • Online: verkoopkanalen, webshop, online publiciteit, etc.

Slide 13 - Slide

Les 1: Intro & Winkelconcept

  • Winkelconcept
  • Winkelbeleving
  • Middelen

Slide 14 - Slide

Wat vinden jullie fijner in een fysieke winkel
dan in een webshop?

Slide 15 - Mind map

Verschil met online...
  • Gastvrijheid (hospitality): klant moet zich welkom voelen. 

  • Winkelbeleving: in een fysieke winkel kun je wel digitale zaken toevoegen, op een webshop kun je geen fysieke zaken toevoegen.

Slide 16 - Slide

Winkelconcept
  • Winkeluitstraling, assortiment & klantbenadering.

Door: 
  • Winkel: beleving(en), presentatie winkel/schappen, verzorging, etc.
  • Klantbenadering: verzorging, communicatie, vakkennis, beschikbaarheid etc. van personeel.



Slide 17 - Slide

Beleving in de winkel

Slide 18 - Slide

Hoe weet een klant dat jij als medewerker
beschikbaar bent om te helpen?

Slide 19 - Mind map

Personeel

Slide 20 - Slide

Winkelconcept

Slide 21 - Slide

Winkelconcept
Je moet ook concurreren met andere fysieke winkels.

In de basis zet je in op:
  • Lage prijs: prijsdistributie
  • Hoge service: servicedistributie

Slide 22 - Slide

Opdracht


5 minuten: Groepje van 2 of 3.

Bespreek met elkaar wat jullie beste winkelervaring was en probeer te omschrijven wat de winkel gedaan heeft waardoor dat zo goed was.

timer
5:00

Slide 23 - Slide

Les 1: Samenvatting
  • Fysieke winkels moeten concurreren met (goedkopere) online concurrenten.
  • Daarom moet het Product (aanbod in brede zin) beter of passender zijn.
  • Winkelbeleving van de klant is daarbij erg belangrijk.
  • Winkelconcept is hoe een winkel dit inricht:
    - Winkel zelf: beleving(en), inrichting, uitstraling, etc.
    - Klantbenadering door personeel, met juiste
    communicatie en vakkennis.

Slide 24 - Slide

Opdracht vóór de volgende keer:

  • Lees Hoofdstuk 1.1 t/m 1.5 en maak de opdrachten.
  • Wanneer boeken voor elkaar zijn gaan we de opdrachten via de digitale omgeving van Boom doen.


Slide 25 - Slide