A. Essen

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Thema: Essen bestellen

Leerdoel: Je kunt de woordenschat rondom het thema 'Essen' actief gebruiken.

Welke soorten voedsel kennen we nog van voor de vakantie?

Essen im Dunkeln

Öffnet euer Buch auf Seite 24, Aufgabe 3, Schritt 4.

Kruis aan of de beweringen Richtig / Falsch zijn!

Restaurant Finster

Essen im Dunkeln

Restaurant Finster

Antworten

1. Falsch

2. Falsch

3. Richtig

4. Falsch

5. Richtig

Schinken

Hühnersuppe

Ein Kaffee

Reis mit Pilzen

 Apfeltorte

Wat is het juiste Duitse woord voor menukaart

1. die Menükarte
2. die Karte
3. die Esskarte
4. die Speisekarte

Er zijn verschillende manieren om in een Duits restaurant aan te geven, dat je iets wilt bestellen. Welke manier is onjuist?

1. Ich hätte gerne
2. Ich will
3. Ich nehme
4. Ich möchte gern

Im Restaurant Bestellen

Vorm duo's.

Jullie krijgen ieder een rol:

1) de een is de ober (Kellner)

2) de ander is de gast

Voer het gesprek op jullie blad en wissel na 1 minuut de rollen om.

Lernzielcheck: Welke Duitse woorden uit Im Restaurant zijn moeilijker uit te spreken?

3.B.
Was is dit?
Zie foto >>>

1. Kartoffeln
2. Erbse
3. Kürbis
4. Blumenkohl

3.B.
Was zijn dit?
Zie foto >>>

1. Äpfel
2. Birnen
3. Erdbeeren
4. Orangen

... und das?

1. Das Bröt
2. Die Broot
3. Der Brote
4. Das Brot

... und das?

1. Das Salat
2. Die Salate
3. Der Salat
4. Der Salate

die

der

das

Fleisch

Fisch

Pfeffer

Marmelade

Kartoffel

Gemüse

Obst

Suppe

Joghurt

Milch

Brot

Apfel

3.B.
Was ist ein Spezi?

1. mix van Cola en Fanta
2. mix van Cola en Seven-up
3. mix van Cola en limonade
4. mix van Cola en bier

Als je dit wilt
bestellen wat zeg
je dan? Ich ....

1. Ich bin ein Spaghettieis.
2. Ich mag Spaghettieis.
3. Ich habe ein Spaghettieis.
4. Ich möchte gerne ein Spaghettieis.

Etwas bestellen

Opdracht:

We gaan een bestelling doen bij de groenteman.

Seite 69, Aufgabe 2b.

Hoe zeg je : "Ja, wat kost een kilo aardappelen?"

1. "Was kost ein Kilo Kartoffeln?"
2. "Ja, wie viel kosten die Dosen?"
3. "Nein."
4. Ja, was kostet ein Kilo Kartoffeln."

Hoe zeg je: "Welke groenten zijn er in de aanbieding?"

1. "Welches Obst ist im Angebot?"
2. "Ich bestelle ein Gemüse."
3. "Welches Gemüse ist im Angebot?"
4. Ich möchte wissen welches Gemüse es gibt."

Hoe zeg je: "En hoeveel kosten twee blikjes cola?"

1. Und wie viel kosten zwei Dosen Cola?"
2. Ich bestelle eine Cola."
3. "Und wie viel kostet eine Dose Cola?"
4. Ich möchte eine Cola bestellen."

Hoe zeg je: "Ik zou graag een pond gehakt willen bestellen"?

1. Ich hätte gern ein Pfund Hackfleisch."
2. Ich bestelle eine Hackfleisch."
3. "Ich esse gern ein Pfund Fleisch."
4. Ich möchte ein Pfund Hackfleisch bestellen."

Kijk naar de Redemittel op blz. 69.
Typ een van de zinnen die je net hebt opgeschreven.

Aan het eind van deze les...

Je kunt een vraag stellen als je iets niet begrepen hebt!