A. Essen

Thema: Essen bestellen
Leerdoel: Je kunt de woordenschat rondom het thema 'Essen' actief gebruiken.
1 / 29
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Thema: Essen bestellen
Leerdoel: Je kunt de woordenschat rondom het thema 'Essen' actief gebruiken.

Slide 1 - Slide

Essen im Dunkeln
Schreibe mit!
Kruis aan of de beweringen Richtig / Falsch zijn!
Restaurant Finster

Slide 2 - Slide

Essen im Dunkeln
Restaurant Finster

Slide 3 - Slide

Antworten
1. Falsch
2. Falsch
3. Richtig
4. Falsch
5. Richtig

Slide 4 - Slide

Schinken
Hühnersuppe
Ein Kaffee
Reis mit Pilzen
 Apfeltorte

Slide 5 - Drag question

Zoek de juiste vertalingen bij elkaar
heiß
das Messer
der Orangensaft
das Obst
der Löffel
der Salat
schmecken
die Nudeln
der Fisch
heet
de lepel
het mes
de sinaasappelsap
het fruit
smaken
de sla
de vis
de pasta

Slide 6 - Drag question

ich
du
er/ sie/ es
wir
ihr
Sie/ sie
mach
mach
mach
mach
mach
mach
Hoe zat het ook alweer?
timer
0:30
e
st
t
en
en
t

Slide 7 - Drag question

Modale werkwoorden
geen modale werkwoorden
lachen
dürfen
mögen
essen
können
schlafen
sollen

Slide 8 - Drag question

Wat is het juiste Duitse woord voor menukaart
A
die Menükarte
B
die Karte
C
die Esskarte
D
die Speisekarte

Slide 9 - Quiz

Er zijn verschillende manieren om in een Duits restaurant aan te geven, dat je iets wilt bestellen. Welke manier is onjuist?
A
Ich hätte gerne
B
Ich will
C
Ich nehme
D
Ich möchte gern

Slide 10 - Quiz

Im Restaurant Bestellen
Vorm duo's.
Jullie krijgen ieder een rol:
1) de een is de ober (Kellner)
2) de ander is de gast
Voer het gesprek op jullie blad en wissel na 1 minuut de rollen om.

Voer óók het gesprek met de spreekkaartjes van pagina 131 in je AB.



timer
5:00

Slide 11 - Slide

Lernzielcheck: Welke Duitse woorden uit Im Restaurant zijn moeilijker uit te spreken?

Slide 12 - Mind map

3.B.
Was is dit?
Zie foto >>>
A
Kartoffeln
B
Erbse
C
Kürbis
D
Blumenkohl

Slide 13 - Quiz

3.B.
Was zijn dit?
Zie foto >>>
A
Äpfel
B
Birnen
C
Erdbeeren
D
Orangen

Slide 14 - Quiz

... und das?
A
Das Bröt
B
Die Broot
C
Der Brote
D
Das Brot

Slide 15 - Quiz

... und das?
A
Das Salat
B
Die Salate
C
Der Salat
D
Der Salate

Slide 16 - Quiz

timer
1:00
die
der
das
Fleisch
Fisch
Pfeffer
Marmelade
Kartoffel
Gemüse
Obst
Suppe
Joghurt
Milch
Brot
Apfel

Slide 17 - Drag question

3.B.
Was ist ein Spezi?
A
mix van Cola en Fanta
B
mix van Cola en Seven-up
C
mix van Cola en limonade
D
mix van Cola en bier

Slide 18 - Quiz

Als je dit wilt
bestellen wat zeg
je dan? Ich ....
A
Ich bin ein Spaghettieis.
B
Ich mag Spaghettieis.
C
Ich habe ein Spaghettieis.
D
Ich möchte gerne ein Spaghettieis.

Slide 19 - Quiz

Etwas bestellen
de opdracht:


We gaan een bestelling doen bij de groenteman. Gebruik de woordenlijst als hulpmiddel.

Slide 20 - Slide

Hoe zeg je : "Ja, wat kost een kilo aardappelen?"
A
"Was kost ein Kilo Kartoffeln?"
B
"Ja, wie viel kosten die Dosen?"
C
"Nein."
D
Ja, was kostet ein Kilo Kartoffeln."

Slide 21 - Quiz

Hoe zeg je: "Welke groenten zijn er in de aanbieding?"
A
"Welches Obst ist im Angebot?"
B
"Ich bestelle ein Gemüse."
C
"Welches Gemüse ist im Angebot?"
D
Ich möchte wissen welches Gemüse es gibt."

Slide 22 - Quiz

Hoe zeg je: "En hoeveel kosten twee blikjes cola?"
A
Und wie viel kosten zwei Dosen Cola?"
B
Ich bestelle eine Cola."
C
"Und wie viel kostet eine Dose Cola?"
D
Ich möchte eine Cola bestellen."

Slide 23 - Quiz

Hoe zeg je: "Ik zou graag een pond gehakt willen bestellen"?
A
Ich hätte gern ein Pfund Hackfleisch."
B
Ich bestelle eine Hackfleisch."
C
"Ich esse gern ein Pfund Fleisch."
D
Ich möchte ein Pfund Hackfleisch bestellen."

Slide 24 - Quiz

Kijk naar Mindmap in je tekstboek.

Hoe bestel je in het duits een voorgerecht/ hoofdgerecht en nagerecht?

Slide 25 - Open question

Filmpje: Kaffee und Kuchen
vragen:
- wat bestellen Alexander en Katja te drinken?
- wat bestelt Katja te eten?
- hoe vraagt Katja naar de suiker?
- wat betekent: "wir möchten bitte zahlen"?
- wat is aan het einde het probleem?  


Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Filmpje: Kaffee und Kuchen
vragen:
- wat bestellen Alexander en Katja te drinken?
- wat bestelt Katja te eten?
- hoe vraagt Katja naar de suiker?
- wat betekent: "wir möchten bitte zahlen"?
- wat is aan het einde het probleem?  


Slide 28 - Slide

Aan het eind van deze les...






Je kunt een vraag stellen als je iets niet begrepen hebt!

Slide 29 - Slide