VWO 5 - Clase 8_Periodo 3: La comprensión escrita (08-05-2025)

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Clase 8 del periodo 3

La comprensión escrita

¡Bienvenidos!

            El programa de hoy

• Los adverbios en español
• Los conectores en español
• TAREA ESCRITA 2: Una carta al director
• Aprender cómo redactar una carta formal en español

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

         Los objetivos

• Después de la clase, yo sé cómo redactar una carta formal en español;
• Después de la clase, yo sé cómo aplicar los adverbios españoles en una tarea escrita.
• Después de la clase, yo sé cómo utilizar los conectores de forma escrita.

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

La comprensión escrita

¿Qué necesitamos para redactar una carta en español?

2. Voorkennis activeren

De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen. 

¿Qué necesitaís para la comprensión escrita?

• El uso de la gramática española;
• Vocabulario;
• La estructura (conectores);
• Puntuación (interpunctie);
• Diccionario (RAE);
• Fraseología (opcional);
• Saber la diferencia entre cartas formales e informales.

Los adverbios

Libro de Referencia (página, 30)

Het bijwoord zegt iets over de manier waarop iets gebeurt of gedaan wordt. Let op het verschil tussen het bijwoord en het bijvoeglijk naamwoord. Een bijvoeglijk naamwoord zegt altijd iets over een zelfstandig naamwoord. Een bijwoord zegt iets over een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord.

Algunos ejemplos de los adverbios terminados en -mente

Rustig	tranquilo	tranquila mente
comfortabel	cómodo	cómoda mente
beknopt	breve	breve mente
eenvoudig	fácil	fácil mente
vlug	rápido	rápida mente
normaal	normal	normal mente
efficient	eficiente	eficiente mente
gelukkig	feliz	feliz mente
correct	correcto	correcta mente

Más adverbios

• De volgende bijvoeglijke naamwoorden hebben een onregelmatige vorm voor het bijwoord: bueno (bijvoeglijk naamwoord) -> bien (bijwoord), malo (bijvoeglijk naamwoord) -> mal (bijwoord)

• Muy (erg) en demasiado (te veel) zijn veelgebruikte bijwoorden die niet van een bijvoeglijk naamwoord komen. Mucho (veel) kan zowel bijvoeglijk als bijwoordelijk worden gebruikt.

Tengo muchos amigos. - Ik heb veel vrienden.

Mi hermano siempre come mucho. - Mijn broer eet altijd veel.

Los conectores

Ve Teams

Signaalwoorden geven een signaal aan de lezer over verbanden in de tekst, waardoor de structuur, begrijpelijkheid en vloeiendheid van je tekst worden verhoogd. Zo kun je signaalwoorden bijvoorbeeld gebruiken om aan te geven dat er een conclusie, vergelijking, tegenstelling, reden, opsomming of argument komt (Sribbr.nl).

Los conectores

https://onzetaal.nl/taalloket/signaalwoorden-lijst

Los conectores

Ejemplos en español

también	ook
tampoco	ook niet
además	bovendien
pero	maar
al mismo tiempo	tegelijkertijd
entonces	dus
sin embargo	echter
por ejemplo	bijvoorbeeld
como	zoals
porque	want; omdat

TAREA ESCRITA 2

Redactar una carta al director

TAREA ESCRITA 2: Redactar una carta al director

El señor Alonso Gutiérrez es el director de tu instituto y también está en cargo de los exámenes. Desafortunadamente, durante los exámenes del periodo anterior no pudiste hacer el examen de geografía, porque hubo una urgencia en que tenías que ir a la dentista y así que perdiste tu oportunidad para hacer tu examen. Vas a escribir una carta formal para pedir si podrías hacer el examen de geografía y explicarás por qué no pudiste hacerlo.

Instituto = middelbare school

Desafortunadamente (adverbio) = helaas

Urgencia = noodgeval

Un ejemplo

Estimada, señora Torres Moreno:

Le escribo para pedir una exención para las clases de español. La razón de esta solicitud es que soy nativo de la lengua y desde mi punto de vista no tiene sentido seguir las clases que son de nivel B1. Además, ya pedí al profesor si hay una posibilidad seguir las clases de nivel C1/C2, sin embargo esto solo es posible desde el próximo año. 

Espero a su respuesta.

¡Gracias de antemano y que tenga buen día!

Un saludo cordial,

Abdessamad El Ghoul

Saludos

Begroetingen

Hola = hallo

Buenas (informal) = hoi

Estimado/estimada (formal) = geachte

Querido / querida (informal) = lieve

Buenos días = goedemorgen

Buenas tardes = goedemiddag

Buenas noches = goedeavond

Preguntas y expresiones de buenos deseos

¿Cómo estás? = Hoe gaat het met je?

¿Qué tal? = Hoe gaat het?

¿Todo bien? = Alles goed?

Espero que estés bien = Ik hoop dat het goed met je gaat

Espero que estés de maravilla = Ik hoop dat het geweldig met je gaat

Espero que te encuentres bien = Ik hoop dat het goed met je gaat

Conectores

signaalwoorden

pero	maar
también	ook
tampoco	ook niet
además	bovendien
sin embargo	echter
no obstante	desalniettemin
luego; después	Na; daarna
porque	want; omdat
ya que; visto que	aangezien
al mismo tiempo	tegelijkertijd

Terminar la carta

Brief afsluiten

Un saludo cordial (formal) = Met vriendelijke groeten

Un saludo = De groeten

Saludos = Groetjes

Nos quedamos en contacto = Wij blijven in contacto

Nos hablamos pronto = Wij spreken elkaar snel

¡A trabajar!

Los requisitos

La carta debe estar escrita en papel y utiliza el diccionario y el Libro de Referencia de Paso Adelante para que puedas utilizar la gramática de manera correcta.

• La carta debe ser de 100 palabras
• Explica la razón
• Preguntar sobre las posibilidades
• Termina la carta de forma correcta

          ¿Hay preguntas o dudas?

Revisad siempre los contenidos en Teams y en LessonUp para que estéis preparados. ¡OJO! No lo hagáis al último momento.

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

¡Hasta luego!