Herhalen hst. 10.1

Herhalen hst. 10.1
 6 meerkeuzevragen
3 open vragen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Herhalen hst. 10.1
 6 meerkeuzevragen
3 open vragen

Slide 1 - Slide

Wat is het fascisme?
A
Extreemrechtse politiek ontstaan in Italië
B
Extreem linkse politiek ontstaan in Italië
C
Extreem socialistische politiek ontstaan in Italië
D
Andere naam voor het communisme in Italië

Slide 2 - Quiz

Wie zie je op deze foto?
A
Mussolini
B
Goebbels
C
Hitler
D
Lenin

Slide 3 - Quiz

De naam van Hitlers partij is..
A
Duitse Arbeiders Partij
B
Nationaal Socialistische Duitse Arbeiders Partij
C
Communistische Partij
D
Nationaal Socialistische Beweging

Slide 4 - Quiz

Het nationaalsocialisme heeft aan het fascisme toegevoegd
A
anti kapitalisme
B
lebensraum
C
antisemitisme en rassenleer
D
anti democratie

Slide 5 - Quiz

Wie is dit?
A
Mussolini de minister president van Rusland
B
Stalin partijleider van de communisten
C
Goebbels minister van propaganda
D
Hitler tijdens de Eerste Wereldoorlog

Slide 6 - Quiz

Aanpassing aan het totalitaire regime
in Duitsland noemen we...
A
Collaboratie
B
Collectivisatie
C
Gelijkschakeling
D
Censuur

Slide 7 - Quiz

Openvragen
Kopie

Slide 8 - Slide

Herhalen hst. 10.2, 10.3 en 10.4  
 meerkeuzevragen
2 open vragen

Slide 9 - Slide

Met deze gebeurtenis begon WO II
A
Hitler annexeert Oostenrijk
B
Hitler neemt een deel van Tsjechië in
C
Hitler valt Polen binnen
D
Hitler valt Engeland aan

Slide 10 - Quiz

Wat wilde Hitler niet bereiken met de tweede wereldoorlog?
A
Alle joden en zigeuners dood
B
Uitroeiing van alle burgers
C
Werkgelegenheid creëren
D
Een Duits rijk met een zuiver Duitse bevolking

Slide 11 - Quiz

Wat is de holocaust?
A
Andere naam voor de Tweede wereldoorlog
B
een massamoord
C
De massamoord op de Joden
D
Het discrimineren van Joden

Slide 12 - Quiz


Het verhaal van Anne Frank past bij Duitse bezetting en de Jodenvervolging, want:
A
haar vader gaf in 1947 haar dagboek uit onder de titel Het Achterhuis.
B
ze kwam in 1933 met haar ouders en haar zus naar Nederland.
C
ze stierf in maart 1945 aan een ziekte in een concentratiekamp.
D
ze was met haar familie uit Duitsland gevlucht omdat ze joden waren.

Slide 13 - Quiz

Dit is een voorbeeld van
A
Nationalisme
B
Holocaust
C
Propaganda
D
Antisemitisme

Slide 14 - Quiz

Wat is een ander woord voor Jodenhaat?
A
Holocaust
B
Razzia
C
Antisemitisme
D
Shoah

Slide 15 - Quiz

Bij welke aspecten van een totalitaire staat past deze bron?
A
Vijfjarenplannen en collectivisatie
B
Censuur en terreur
C
Propaganda en terreur
D
Massaorganisaties en censuur

Slide 16 - Quiz