10.3 Eigenschappen van basen

Doelen van de vorige les:
Vier eigenschappen van zure oplossingen
Vier zuren en hun bijbehorende formule kennen
Zure oplossing hebben vrij bewegende H+-ionen en en geleiden dus stroom
Elektrolyse van een zure oplossing
Zure stoffen oplossen in water en dit in een reactievergelijking noteren.
Etsen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Doelen van de vorige les:
Vier eigenschappen van zure oplossingen
Vier zuren en hun bijbehorende formule kennen
Zure oplossing hebben vrij bewegende H+-ionen en en geleiden dus stroom
Elektrolyse van een zure oplossing
Zure stoffen oplossen in water en dit in een reactievergelijking noteren.
Etsen

Slide 1 - Slide

Doelen van deze les:
Base is een stof die een H+ ion kan binden.
Van 4  basische oplossingen de naam en formule geven van de deeltjes die daarin voorkomen.
Het verband tussen pH en concentratie OH- ionen.
Eigenschappen en toepassingen van basische oplossingen benoemen.

Slide 2 - Slide

Welke stof is een zuur?

A
azijn
B
soda
C
gootsteenontstopper
D
water

Slide 3 - Quiz

Met een zuur schoonmaakmiddel kan ik?
A
vet verwijderen
B
de vaat wassen
C
ramen lappen
D
kalk verwijderen

Slide 4 - Quiz

Wat is de zuurgraad (pH) van water
A
0
B
7
C
10
D
14

Slide 5 - Quiz

Een base kan H+ ionen binden

Zuren splitsen H+ ionen af
HCl (g)  -->  H+(aq)  +  Cl-(aq)

Slide 6 - Slide

3 basische ionen en een molecuul
O2- (alle ionaire oxides dus, bv BaO)
CO32- (alle carbonaten, bv CaCO3)
OH- (alle hydroxiden, bv NaOH)
NH3 (g) (ammoniak)

Slide 7 - Slide

Base en pH
De pH van een basische oplossing is altijd hoger dan 7. Hoe meer base een oplossing bevat, hoe hoger is de pH. 

Dus hoe hoger de concentratie aan opgeloste base, hoe hoger de pH van de oplossing zal zijn. Bij verdunnen daalt de pH maar lager dan 7 zal het nooit komen.

Slide 8 - Slide

3 bekende basische oplossingen
natronloog:  NaOH (s) --> Na+ (aq) + OH(aq)
kalkwater:  Ca(OH)2 (s) -->  Ca2+ (aq) + 2 OH- (aq)
ammonia: NH3 (aq)

Slide 9 - Slide

Eigenschappen van basen
  • Kunnen een H+ opnemen
  • Hebben een hogere pH dan 7
  • Oplossingen geleiden elektrische stroom (dus gesplitst in ionen)
  • Worden gebruikt om vetten te verwijderen
  • Reageren met zuren (= kunnen een H+ opnemen..)
  • Smaken zeep-achtig; sommige basen zijn heel schadelijk voor je (corrosief en irriterend)


Slide 10 - Slide

Schrijf de oplosvergelijking van natriumhydroxide (s) naar natronloog

Slide 11 - Open question

Schrijf de oplosvergelijking van calciumhydroxide (s) naar kalkwater

Slide 12 - Open question

Schrijf de oplosvergelijking van ammoniak (g) naar ammonia

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video