bacteriën en schimmels

ORDENEN
LES 3
Basisstof 3.4
1 / 24
next
Slide 1: Slide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

ORDENEN
LES 3
Basisstof 3.4

Slide 1 - Slide

Vandaag
Instructie basisstof 3.4 + korte herhaling basisstof 3.3.


Huiswerk aan het einde van deze les.

Slide 2 - Slide

Indelen organismen
Organismen zijn ingedeeld in 
4 groepen, ook wel Rijken genoemd:

1. Planten
2. Schimmels
3. Dieren
4. Bacteriën

Slide 3 - Slide

Bacterien   
Voordelen
- Ruimen organische resten op (organisch??)
- Voedingsmiddelen maken (yoghurt en zuurkool)
Nadelen
- Ziekteverwekkers 
- laten eten bederven.

Slide 4 - Slide

Bacteriën
Bestaan uit: één cel
planten zich voort door: celdeling

Slide 5 - Slide

Delen
Bacteriën kunnen zich snel voortplanten. Dit doen ze door deling. Een bacterie deelt zich in twee. De twee nieuwe bacteriën groeien en kunnen zich weer delen. 

Hier hebben ze 30 minuten voor nodig. 

Slide 6 - Slide

B3.4 Schimmels

Slide 7 - Slide

cel van een schimmel

Slide 8 - Slide

Schimmels
- schimmels kunnen één of meercellig zijn
    -ééncellige schimmels= gisten
    - meercellige schimmels= schimmeldraden

Slide 9 - Slide

Nut van schimmels
Schadelijke schimmels

Slide 10 - Slide

Nuttige schimmels


Speciale soorten schimmels spelen een rol bij het maken van voedingsmiddelen.

Champignons en cantharellen zijn schimmels die we kunnen eten.

Ook zijn er schimmels waar de medicijnen van maken
Schimmelkaas
1
Gist is een eencellige schimmel.
Gebruikt voor het rijzen van deeg
2
Schimmel speelt een rol bij maken van bier / wijn
3
cantharellen en champignons
4

Slide 11 - Slide

Voortplanting van schimmels
  • Schimmels planten zich voor doormiddel van sporen

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Dierlijke cellen
Bacterien 
Schimmels
Planten

Slide 14 - Drag question

Gisten zijn eencellige schimmels
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Welk(e) rijk(ken) hebben een celkern?
A
planten, dieren, schimmels en bacterien.
B
dieren, schimmels en bacterien.
C
planten en dieren
D
planten, dieren en schimmels

Slide 16 - Quiz

Met welke organismen wordt dit gemaakt?
A
bacterien
B
schimmels

Slide 17 - Quiz

Hebben de cellen van schimmels een celkern?
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Met welke organismen wordt dit gemaakt?
A
bacterien
B
schimmels

Slide 19 - Quiz

Welke schimmels kun je eten/drinken
A
Melk
B
Zuurkool
C
Wijn en bier
D
Sommige paddenstoelen

Slide 20 - Quiz

Je kijkt weer door de microscoop naar een cel. Je ziet nu een cel zonder celkern. Bij welk rijk hoort dit organisme?
A
Bacteriën
B
planten
C
schimmels
D
dieren

Slide 21 - Quiz

Wat is géén nuttige toepassing van schimmels
A
Je kunt er eten mee maken
B
Ze worden als geneesmiddel gebruikt
C
Je kunt ze eten
D
Ze helpen om voedsel langer houdbaar te maken

Slide 22 - Quiz

Wat gaan we doen?

Maken 3.4 van thema 3, ordenen -- maak ook de test je zelf




Slide 23 - Slide

SO = digitaal
- Socrative (online toetsprogramma)
- Link
- 20 vragen
- 30 minuten online open 
- docent kan meekijken

Slide 24 - Slide