Economisch bekeken - H8.4 Betaald en onbetaald werk (K)

8.4 Betaald en onbetaald werk (K) 
1 / 20
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

8.4 Betaald en onbetaald werk (K) 

Slide 1 - Slide

Terugblik

Slide 2 - Slide

In welke sector valt het beroep taxichauffeur?

A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 3 - Quiz

In welke sector valt het beroep politieagent?

A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 4 - Quiz

In welke sector valt het beroep medewerker fruitteler ?


A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Kwartaire sector
D
Tertiaire sector

Slide 5 - Quiz

In welke sector valt het beroep meubelmaker?


A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Kwartaire sector
D
Tertiaire sector

Slide 6 - Quiz

8.4 Betaald en onbetaald werk (K) 

Slide 7 - Slide

Aan het eind van deze paragraaf kun je:
  • de arbeidsmotieven noemen waarom iemand betaald of onbetaald werkt.
  • uitleggen wat de arbeidsmotieven van betaald en onbetaald werk zijn.
  • uitleggen wat arbeidsomstandigheden zijn.
  • uitleggen wat de Arbowet is.
  • uitleggen wat fulltimewerk en parttimewerk is.
  • uitleggen wat flexwerkers zijn en wat een uitzendbureau is.
Wat gaan we leren?

Slide 8 - Slide

Een arbeidsmotief is een reden om te werken om te werken.


Voorbeelden betaald werk

  • Geld verdienen
  • Nuttig of zinvol bezig zijn
  • Uitdagend werk
  • Contacten met anderen

Voorbeelden onbetaald werk
  • Zorgen voor de kinderen

Arbeidsmotieven voor (on)betaald werk

Slide 9 - Slide

Je kunt fulltime werken en parttime werken. In 2022 werkte 48% parttime en 52% fulltime.

  • Een fulltimebaan is een baan van 
      36 uren of meer per week.
  • Een parrtimebaan is een baan van
      minder dan 36 uren per week.
Deeltijd en voltijd
Fulltime of parttime werken?

Slide 10 - Slide






Je werkt alleen wanneer de werkgever je nodig heeft, bijvoorbeeld een uitzendkracht of een oproepkracht.

Flexwerker / Uitzendbureau

Slide 11 - Slide

  • Arbeidsomstandigheden is alles
      wat werken prettig of minder
      prettig maakt (veiligheid en
      gezondheid).
  • Arbeidsomstandigheden
     
    kunnen goed of slecht zijn.
  • Voorbeelden: werkdruk, rust- en
      pauzetijden, temperatuur,
      veiligheid, bescherming etc.
Arbeidsomstandigheden

Slide 12 - Slide

De Arbowet is de wet waarin staat dat dewerkgever moet zorgen voor goede arbeidsomstandigheden.

Voorbeelden: Een bouwvakker moet een helm op en een lasser moet een lashelm.
Arbowet

Slide 13 - Slide

Onbetaald werk
Betaald werk
Thuis (bijv. huishouden)

Buitenshuis (vrijwilligerswerk)
Loondienst (bij een baas)

Eigen onderneming
Betaald en onbetaald werk

Slide 14 - Slide

VRAGEN?

Slide 15 - Slide

OPDRACHTEN
  • Kader: Maak de opgaven 1 t/m 12 op bladzijde 118 t/m 121 van werkboek 3B! 
  • Klaar? Dan heb je geen huiswerk voor de volgende les!






timer
7:00
Rood = Zelfstandig en stil werken. 
Geel = Fluisteren en overleggen toegestaan
Groen = Praten

Slide 16 - Slide

Gatentekst
Mensen willen graag geld verdienen, ervaring opdoen, nuttig bezig zijn en contacten met anderen opdoen. Mensen hebben dus verschillende redenen om te werken. Dat worden 1) _______ genoemd. Om werknemers te beschermen, is er de 2) _______. Hierin staan regels waaraan werkgevers en werknemers zich moeten houden om de werkomstandigheden veilig en gezond te houden.  3) _______ en de werktijden een belangrijke rol bij de keuze voor een baan. Een 4) _______ bestaat uit 36 of meer uren per week. Een 5) _______ is een baan van minder dan 36 uren per week. Voor iedere persoon met een voltijdbaan kunnen er ook twee personen met een deeltijdbaan werken. Sommige mensen werken voor een 6) _______ als 7) _______.
Vul in in de tekst!
  • Arbowet
  • Uitzendbureau
  • Parttime-baan
  • Arbeids-
     omstandigheden
  • Fulltimebaan
  • Flexwerker
  • Arbeidsmotieven

Slide 17 - Slide

Gatentekst
Mensen willen graag geld verdienen, ervaring opdoen, nuttig bezig zijn en contacten met anderen opdoen. Mensen hebben dus verschillende redenen om te werken. Dat worden ARBEIDSMOTIEVEN genoemd. Om werknemers te beschermen, is er de ARBOWET. Hierin staan regels waaraan werkgevers en werknemers zich moeten houden om de werkomstandigheden veilig en gezond te houden.  ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN en de werktijden een belangrijke rol bij de keuze voor een baan. Een VOLTIJDBAAN bestaat uit 36 of meer uren per week. Een DEELTIJDBAAN is een baan van minder dan 36 uren per week. Voor iedere persoon met een voltijdbaan kunnen er ook twee personen met een deeltijdbaan  werken. Sommige mensen werken voor een UITZENDBUREAU als FLEXWERKER.

Slide 18 - Slide

Huiswerk voor de volgende les:

Kader: Maak de opgaven 1 t/m 12 op bladzijde 118 t/m 121 van werkboek 3B! 
Huiswerk

Slide 19 - Slide

Bedankt en fijne dag!

Slide 20 - Slide