Porteum 6vwo Examenidioom 1 - 150


Übersetze: begründen
A
benadrukken
B
blijken uit
C
motiveren
1 / 15
next
Slide 1: Quiz
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson


Übersetze: begründen
A
benadrukken
B
blijken uit
C
motiveren

Slide 1 - Quiz

die Enttäuschung
A
de teleurstelling
B
het enthousiasme
C
de toelichting

Slide 2 - Quiz

damals
A
geleden
B
binnenkort
C
destijds

Slide 3 - Quiz

die Behauptung
A
de voorwaarde
B
de bewering
C
de aanleiding

Slide 4 - Quiz

täuschen
A
ruilen
B
tonen
C
misleiden

Slide 5 - Quiz

somit
A
dus
B
zodat
C
daarom

Slide 6 - Quiz

Schreib die richtige Übersetzung auf:
allerdings

Slide 7 - Open question

nachvollziehbar

Slide 8 - Open question

Gleichgültigkeit

Slide 9 - Open question

Widerspruch

Slide 10 - Open question

trotz

Slide 11 - Open question

Bedingung

Slide 12 - Open question

Geef 2 signaalwoorden, die
reden of oorzaak aanduiden.

Slide 13 - Mind map

Wat duidt het woord
'sondern' aan?

Slide 14 - Mind map

Slide 15 - Mind map