Quiz 7 juni

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1-3

Quiz

Woensdag 16 juni

Klas 1A

4 rondes

Ronde 1: Husselwoorden

Ronde 2: Het nieuws

Ronde 3: Droedels en raadsels

Ronde 4: Zo veel mogelijk woorden maken

De prijzen...

Eerste prijs

De teams

Teams van 4 personen! 

Maak zelf teams, ga in groepjes van 4 personen bij elkaar zitten.

2 minuten de tijd!

Tip!

Overleg zachtjes met je groepje, anders horen de andere groepjes jullie briljante antwoorden ook!

We gaan beginnen!

Ronde 1: Husselwoorden

Welk woord kun je maken van de gehusselde letters?

1. ijknon

2. niwedlang

3. dentoenva

4. barez

5. niexmandee

6. motsoep

7. Bonusvraag!

Maak nu twee woorden van:

- De 2e letter van woord 1

- De 9e letter van woord 2

- De 3e letter van woord 3

- De 1e letter van woord 4

- De 4e letter van woord 5

- De 6e letter van woord 6

Ronde 2: Het nieuws

Schrijf de letter op van het juiste antwoord!

1. Naar welk land stuurt Nederland medische hulp?

1. Suriname
2. Indonesië
3. Mozambique
4. Italië

2. Bij welk fastfoodbedrijf was er een groot datalek?

1. Burger King
2. Kentucky Fried Chicken
3. Domino's Pizza
4. New York Pizza

3. Welke partij onderzoekt of Sywert van Lienden, na een omstreden mondkapjesdeal, als lid kan worden weggestuurd?

1. CDA
2. PvdA
3. D66
4. VVD

4. De weigeraars van welk vaccin worden nu alsnog opgeroepen voor een andere prik?

1. Janssen
2. Pzifer
3. Astra-Zeneca
4. Moderna

5. Per welke datum kunnen volgens Hugo de Jonge de coronamaatregelen stoppen?

1. 1 juli
2. 1 augustus
3. 1 september
4. 1 oktober

6. De politiek is woedend over een bonus bij een bedrijf dat veel coronasteun kreeg. Welk bedrijf?

1. Booking.com
2. KLM
3. Albert Heijn
4. Thuisbezorgd

7. Wat was de oorzaak van grote problemen op het spoor deze week?

1. Een computerstoring
2. Het warme weer
3. Een staking
4. Veel coronabesmettingen bij treinpersoneel

8. Ruimtevaartorganisatie gaat voor het eerst in decennia een missie organiseren naar ...

1. Venus
2. Saturnus
3. Jupiter
4. Mercurius

Ronde 3: Droedels en raadsels

Schrijf steeds het woord op dat bij het raadsel hoort!

Een voorbeeld:                                

1. Wat staat hier?

2. Wat staat hier?

3. Wat staat hier?

4. Wat staat hier?

5. Wat staat hier?

6. Wat staat hier?

Ronde 4: Zo veel mogelijk lange woorden maken

Maak met de letters van het woord zo veel mogelijk woorden met 5 letters of meer! 

Je hoeft dus niet alle letters voor elk woord te gebruiken.

Woorden vanaf 5 letters zijn goed!

1. Knabbelnootjes

Dat was 'm!

Lever je antwoordenblad gauw in, dan volgt de uitslag!

Prijsuitreiking