What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
Woorden 4.5 en 5.5
Woorden 4.5 en 5.5
1 / 26
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
This lesson contains
26 slides
, with
interactive quizzes
and
text slide
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Woorden 4.5 en 5.5
Slide 1 - Slide
Wat betekent kenmerkend?
A
geweldig
B
typisch
C
alleen
D
met een logo
Slide 2 - Quiz
Wat betekent commercieel?
A
duur
B
als er geld aan verdiend moet worden
C
heel bekend
D
vanuit de natuur
Slide 3 - Quiz
Wat is de uitdrukking voor:
bekend worden, succes hebben
A
naar school gaan
B
van school komen
C
school maken
D
school skippen
Slide 4 - Quiz
Alle ogen zijn gericht op
betekent:
A
iedereen kijkt naar
B
mooi gekleed
C
als je een uitzondering bent
D
alleen zijn
Slide 5 - Quiz
Wat is:
het initiatief?
A
een wiskundige term
B
een werkwoordsvorm
C
een voorstel waarmee iets begint
D
de basis van jam
Slide 6 - Quiz
Wat betekent 'algeheel':
A
altijd
B
nergens
C
totaal
D
in de wereld
Slide 7 - Quiz
Wat betekent 'soelaas bieden':
A
iemand geld geven
B
troost/hulp bieden
C
zorgen dat je je eigen geld verdient
D
als je op een veiling iets koopt
Slide 8 - Quiz
Wat betekent 'ambachtelijk':
A
als het van vader op zoon is doorgegeven
B
als je iets bakt
C
als je iets afkeurt van een ander
D
als het met de hand is gemaakt
Slide 9 - Quiz
Wat betekent: 'überhaupt':
A
nooit
B
sowieso
C
altijd
D
waarschijnlijk
Slide 10 - Quiz
Wat betekent: 'uit zijn voegen barsten.'
A
te veel zijn, te vol zijn
B
als iets kapot is
Slide 11 - Quiz
Wat is een 'decennium':
A
een hit op de radio
B
een periode van 100 jaar
C
een periode van 10 jaar
D
een slechte periode in de geschiedenis
Slide 12 - Quiz
Wat betekent: 'permanent':
A
als je iets markeert
B
wanneer je je druk maakt
C
zonder te stoppen, altijd
D
een bepaalde schildertechniek
Slide 13 - Quiz
Wat betekent: 'met rasse schreden'
A
als je bang bent
B
heel snel
C
als je niet gezien wil worden
D
overdreven
Slide 14 - Quiz
Wat betekent: 'gepersonaliseerd'
A
als je een slechte naam krijgt
B
als je veel vrienden hebt
C
als je serieus genomen wordt
D
als iets aangepast wordt voor jou
Slide 15 - Quiz
Wat is een 'element'?
Er zijn twee antwoorden goed.
A
een chemische stof
B
een lege emmer
C
een deel van je hersenen
D
deel van een geheel
Slide 16 - Quiz
Klopt de zin?
Ik heb noch gewandeld, noch gefietst vandaag.
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 17 - Quiz
Klopt de zin?
Er is een groot percentage kleuters van de 100 procent dat niet kan lezen.
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 18 - Quiz
Klopt de zin?
Hij is een autoriteit op het gebied van persoonlijke beveiliging.
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 19 - Quiz
Klopt de zin?
Ik heb veelvuldig tegen jou gezegd dat je je bord leeg moet eten.
A
Klopt
B
Klopt niet
Slide 20 - Quiz
Wat betekent 'authentiek':
A
naar de koning gaan
B
auto - onderdelen
C
hetzelfde
D
origineel / oorspronkelijk
Slide 21 - Quiz
Wat is:
ostentatief?
A
lief zijn voor je ouders
B
negatief zijn
C
demonstratief
D
verlaten worden
Slide 22 - Quiz
Wat betekent:
Het doet me deugd?
A
Ik krijg er jeuk van
B
Ik word er gestrest van
C
Ik word er boos van
D
Ik word er blij van
Slide 23 - Quiz
Wat betekent:
de audicien?
A
een gehoorspecialist
B
een oorarts
C
een muziekspecialist
D
een muzikant
Slide 24 - Quiz
Wat betekent 'propaganda':
A
reclame voor ideeën/ producten
B
als je je agenda stukmaakt
C
dromen voor de toekomst
D
een goedlopend bedrijf
Slide 25 - Quiz
Wat betekent 'van koers veranderen':
A
een nieuw kompas kopen
B
improviseren
C
een andere richting of aanpak kiezen
D
nooit meer terugkijken naar het verleden
Slide 26 - Quiz
More lessons like this
woorden
March 2019
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Quiz over hoofdstuk 4
April 2024
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Onderschikking - nevenschikking
February 2025
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Hoofdstuk 4 -5 woorden en spelling v1a
June 2023
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
MH1-Herhalen hoofdstukken 4.5 en 5.5 Woorden Talent
February 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
11-06-25 T3 uur 3 herhalen woordbetekenissen vinden
7 days ago
- Lesson with
51 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
M3 NE paragraaf 5.5 Woorden + Nieuwsbegrip
April 2021
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
5.5 Geld verdienen met de media
December 2024
- Lesson with
11 slides
Maatschappijleer
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 4