Grammatica 3.7 (les 4 en 5)

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leerwerkboek deel A (open op bladzijde: 64/146
  • je leesboek
  • je schrift
Les 4
1 / 30
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leerwerkboek deel A (open op bladzijde: 64/146
  • je leesboek
  • je schrift
Les 4

Slide 1 - Slide

timer
10:00

Slide 2 - Slide

Planning
  • Leerdoelen grammatica 3.7
  • Herhalen nevenschikking/onderschikking
  • Uitleg beknopte bijzin
  • Werkmoment
  • Vooruitblik

Slide 3 - Slide

Leerdoelen 3.7 Grammatica
Na deze paragraaf:
  • herken je de samengestelde zin in onderschikking;
  • herken je de beknopte bijzin
  • weet je wanneer deze beknopte bijzin foutief is

Slide 4 - Slide

Wat is de bijzin?
Omdat ik moe ben, ga ik niet uit.
A
Omdat ik moe ben
B
ga ik niet uit

Slide 5 - Quiz

Ik ga niet uit, omdat ik moe ben.

Bij een bijzin staat de pv achteraan.
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

Een hoofdzin en een bijzin in een samengestelde zin is een:
A
nevenschikking
B
onderschikking

Slide 7 - Quiz

Welke voegwoorden vind je in een onderschikking?
A
en, hoewel
B
want, als
C
dat, daarom
D
terwijl, maar

Slide 8 - Quiz

Bij een hoofdzin kun je een zinsdeel tussen onderwerp en persoonsvorm zetten.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Voegwoord of

Ik weet niet of de trein vertraging heeft.


Fiets jij graag of wandel je liever?


Slide 10 - Slide

Voegwoord of

Ik weet niet of de trein vertraging heeft. 
             HZ                        BZ         onderschikking

Fiets jij graag of wandel je liever?
                   HZ                    HZ         nevenschikking


Slide 11 - Slide

Beknopte bijzin (p. 222)
Bijzin zonder onderwerp en persoonsvorm. 

  • (om) te + infinitief: Zij probeert onder de plu te schuilen.

Zij probeert of ze onder de plu kan schuilen.

Slide 12 - Slide

Beknopte bijzin (p. 222)
Bijzin zonder onderwerp en persoonsvorm. 

  • (om) te + infinitief: Zij probeert onder de plu te schuilen.
  • TD: Schuilend onder de plu pakte ze haar sleutel.
Terwijl ze schuilde onder de plu pakte ze haar sleutel.

Slide 13 - Slide

Beknopte bijzin (p. 222)
Bijzin zonder onderwerp en persoonsvorm. 

  • (om) te + infinitief: Zij probeert onder de plu te schuilen.
  • TD: Schuilend onder de plu pakte ze haar sleutel.
  • VD: Uitgeput na een lange werkdag fietste ze naar huis.
Nadat ze uitgeput was na een lange werkdag, fietste ze ...

Slide 14 - Slide

Maken
Paragraaf 3.7
Les 1:
  • Maak in je leerwerkboek: 1, 5, 6, 7
  • kijk zelf na
  • verbeter indien nodig, begrijp je waarom?

Slide 15 - Slide

Vooruitblik


  • Verder met 3.7 foutieve beknopte bijzin 

Slide 16 - Slide

Welkom!
Leg alvast klaar:
  • je leerwerkboek deel A
  • je leesboek
  • je schrift
  • je iPad (dicht)
Les 5

Slide 17 - Slide

timer
10:00

Slide 18 - Slide

Planning
  • Uitleg foutieve beknopte bijzin
  • Werkmoment
  • Vooruitblik

Slide 19 - Slide

Wat is de beknopte bijzin?

We hebben geleerd netjes met mes en vork te eten.

Slide 20 - Slide

Wat is de beknopte bijzin?

We hebben geleerd netjes met mes en vork te eten.

Slide 21 - Slide

Beknopte bijzin 'ingevuld'.

We hebben geleerd dat we netjes met mes 
en vork moeten te eten.

Slide 22 - Slide

Wat is de bijzin?

Stil luisterend in het donker leek het aantal onbekende geluiden alleen maar toe te nemen.

Slide 23 - Slide

Wat is de bijzin?

Stil luisterend in het donker leek het aantal onbekende geluiden alleen maar toe te nemen.

Slide 24 - Slide

Beknopte bijzin 'ingevuld'

Terwijl we stil luisterden in het donker leek het aantal onbekende geluiden alleen maar toe te nemen.

Wat is het onderwerp?

Slide 25 - Slide

Beknopte bijzin: formuleerfout
Een beknopte bijzin heeft geen onderwerp of persoonsvorm.

Het onderwerp van de hoofdzin moet gelijk zijn aan de bijzin.

Als dat niet zo is, dan sluit deze dus verkeerd aan.

Slide 26 - Slide

Maken paragraaf 3.7
Les 1:
Maak in je leerwerkboek: 1, 5, 6, 7
Les 2:
  • Maak in je leerwerkboek: 10
  • Maak los werkblad (bijlage - studiewijzer - weektaak)
  • Kijk na en verbeter, snap je het?

Slide 27 - Slide

Zinnen samen doen opdracht 5b.
Hoewel het regent, ga ik niet fietsen.

Mijn docent zegt dat ik hard heb geleerd.

Het feestje gaat niet door, omdat we niet genoeg aanmeldingen hebben.

Slide 28 - Slide

Zin samen doen 10.2
Terwijl deze partij de eerste was, dateert de strijd voor dierenrechten al van eerder

Slide 29 - Slide

Vooruitblik

Verder met paragraaf 5.7.

Neem je B-boek dus mee!

Slide 30 - Slide