BLB - Waar ga jij op vakantie?
1 / 37
Lesson duration is: 60 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Wie gaat op vakantie?
A
morgen
B
Sara
C
Spanje
D
gaat
Slide 26 - Quiz
Waar gaat Sara op vakantie?
A
morgen
B
Sara
C
Spanje
D
gaat
Slide 27 - Quiz
Wanneer gaat Sara op vakantie?
A
morgen
B
vandaag
C
volgende week
D
gisteren
Slide 28 - Quiz
Waar ben ik?
Slide 29 - Open question
Wat doe ik?
Slide 30 - Open question
Slide 31 - Slide
Sleep de woorden naar de goede plaats.
1
2
3
loopt
Mike
naar de zee.
Slide 32 - Drag question
Sleep de woorden naar de goede plaats.
1
2
3
3
in de bergen.
zijn
vandaag
Wij
Slide 33 - Drag question
Sleep de woorden naar de goede plaats.
1
2
3
3
slaapt
vannacht
Sofie
in een hotel.
Slide 34 - Drag question
Sleep de woorden naar de goede plaats.
1
2
3
3
3
met de auto
morgen
rijdt
Emma
naar Oostenrijk.
Slide 35 - Drag question
Sleep de woorden naar de goede plaats.
1
2
3
3
3
op het strand.
ligt
in de middag
met zijn boek
Justin
