Les 5 "Grammatik II"

1 / 10
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma

1. Leerdoelen
2. E Grammatik
Voorzetsels met de 3e naamval



Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Dit kan je aan het einde van deze les:

  • Je kent de vaste voorzetsels met de 3e naamval.






Slide 3 - Slide

Wat zijn de naamvallen?
Naamvallen beschrijven de functie van een zinsdeel in een zin.

1e naamval = onderwerp van een zin
2e naamval = bezit
3e naamval = meewerkend voorwerp
4e naamval = lijdend voorwerp

Met de naamvallen veranderen de lidwoorden en de persoonlijke voornaamwoorden!


Kijk mee op blz. 150 en 151

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Vaste voorzetsels met de 3e naamval
aus
uit
bei
bij
mit
met
nach
na, naar
von
van, door
zu
naar (bij personen)
Opdracht 20 op blz. 68
Opdracht 23 op blz. 70
Opdracht 21 en 22 op blz. 69

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 9 - Mind map

Huiswerk

E: Grammatik
E-Mail ergänzen

Maak opdracht 24 op blz. 71


Slide 10 - Slide