Goals: -I know what the past simple is -I know how to form a past simple (regular) -I know how to form a past simple (irregular)
1 / 29
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
1 havo, past simple
Goals: -I know what the past simple is -I know how to form a past simple (regular) -I know how to form a past simple (irregular)
Slide 1 - Slide
What do you already know?
Slide 2 - Slide
In welke tijd staat de zin hieronder? "I called my mother last night"
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd
C
Toekomende tijd
Slide 3 - Quiz
In welke tijd staat de zin hieronder? "Three nights ago, I went to a party."
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd
C
Toekomende tijd
Slide 4 - Quiz
In welke tijd staat de zin hieronder? "I started playing football when I was ten years old."
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd
C
Toekomende tijd
Slide 5 - Quiz
Past Simple
Alle zinnen in de vorige opdrachten stonden in de past simple, oftewel de verleden tijd. Je herkent de verleden tijd aan een tijdsbepaling, zoals gisteren, vorig jaar, in 2016, toen ik een kind was
Slide 6 - Slide
The rule
Om verleden tijd in het Engels te maken, gebruik je de past simple. Vorm: Je zet alleen het werkwoord in de verleden tijd Je mag nooit have/has gebruiken in de verleden tijd!
Standaardregel (regelmatige werkwoorden): Zet +ed achter het werkwoord. I watch TV -> Yesterday I watched TV We listen to the teacher -> We listened to the teacher last week.
Slide 7 - Slide
The rule - extra spelling
Bij korte woorden die eindigen op 1 medeklinker met daarvoor 1 klinker, verdubbelt de medeklinker: Yesterday I stopped here for a drink. Lisa planned her sister's birthday party.
Bij woorden die eindigen op een medeklinker + y, verandert de y in ied: We studied really hard for the test last night. She tried to call me three times last week.
Slide 8 - Slide
Let's practise!
We gaan oefenen met wat je net geleerd hebt.
Slide 9 - Slide
Welke zin is correct?
A
Shirley walk home yesterday.
B
Shirley walked home yesterday.
C
Shirley walkked home yesterday.
D
Shirley walks home yesterday.
Slide 10 - Quiz
Welke zin is correct?
A
The cat jump onto the chair a few seconds ago.
B
The cat jumps onto the chair a few seconds ago.
C
The cat jumping onto the chair a few seconds ago.
D
The cat jumped onto the chair a few seconds ago.
Slide 11 - Quiz
Wat moet er op de puntjes staan? Eric ... (to finish) a game last week.
Slide 12 - Open question
Wat moet er op de puntjes staan? My best friend ... (to climb) a mountain when he was 22 years old.
Slide 13 - Open question
Schrijf hieronder een willekeurige zin over jezelf in de verleden tijd! :) Uiteraard in het Engels!
Slide 14 - Open question
The rule - irregular verbs
Regelmatige werkwoorden krijgen + ed Helaas zijn er ook onregelmatige werkwoorden (irregular verbs), deze werkwoorden volgen deze regel niet. De enige manier om deze te leren, is door ze uit je hoofd te leren.
-> Grammar Survey 8: Irregular verbs
Slide 15 - Slide
https:
Slide 16 - Link
Let's practise!
Laat de link van zojuist openstaan in je browser. Hierna volgt een aantal vragen waarin we met deze werkwoorden gaan oefenen.
Slide 17 - Slide
Wat is de verleden tijd van... "To bite"?
Slide 18 - Open question
Wat is de verleden tijd van... "To draw"?
Slide 19 - Open question
Wat is de verleden tijd van... "To forget"?
Slide 20 - Open question
Wat is de verleden tijd van... "To make"?
Slide 21 - Open question
Wat is de verleden tijd van... "To swim"?
Slide 22 - Open question
Wat is de verleden tijd van... "To throw"?
Slide 23 - Open question
Schrijf hieronder een willekeurige zin over jezelf in de verleden tijd, waarbij je een onregelmatig werkwoord gebruikt!
Slide 24 - Open question
-I know what the past simple is
😒🙁😐🙂😃
Slide 25 - Poll
-I know how to form a past simple (regular)
😒🙁😐🙂😃
Slide 26 - Poll
-I know how to form a past simple (irregular)
😒🙁😐🙂😃
Slide 27 - Poll
Ik wil hier extra uitleg over aan de instructietafel of in een workshop Engels.