2M, Les 6 en 7, week 38

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom!

Lezen in je leesboek

Geen leesboek?

Schrijf een verhaal over je weekend. 

Lever het in bij je docent. 

Doelen/

Wat gaan we doen vandaag?

• Aan het einde van de les weet je wat het Poëzieproject is. 
  
• Energizer
• Fictie Kahoot
• Aan het einde van de les weet je wat je gemakkelijk en wat je moeilijk vindt van werkwoord spelling. 

Poëzieproject

• Helmie Still 
• Zaterdag 6 november

Energizer

https://www.youtube.com/watch?v=DHMxfA2OivI

Fictie

• Welke begrippen ken je nog? (kijk in je schrift)

• Kahoot: https://create.kahoot.it/details/501f4b65-75f7-4cb6-81cf-3bbcc98f8e50

• Begrippen blok 1 t/m 4 fictie

Werkwoord spelling

• Wat weet je nog? 
• Voldoende basis of extra hulp nodig?
• T/m vraag 9 nabsproken

Code socrative: SOC-35905105

• Socrative, 20 zinnen, random aanbieden, direct feedback.
• Op het moment dat je een zin verkeerd hebt, noteer je het nummer van die zin in je schrift.

Werkwoord spelling

• Na afloop krijg je een strookje waarop je omcirkelt welke zinnen je fout had. Zo heb je meteen een overzicht bij welk onderdeel je veel fouten maakt. 

• Extra uitleg krijgen en laten oefenen met de onderdelen die je lastig vindt (zie document e-mail). 
  

Doelen behaald?

• Aan het einde van de les weet je wat het Poëzieproject is. 
  
• Aan het einde van de les weet je wat je gemakkelijk en wat je moeilijk vindt van werkwoord spelling. 

Les 2, vrijdag 24 september

• Aan het einde van de les weet je welke personages, vertelperspectieven, spanningsmogelijkheden en ruimte en sfeer omschrijvingen zijn.
• Aan het einde van de les heb je fictie, blok 4, opdracht 1 (en 5) gemaakt en nabesproken. 
  
• Aan het einde heb je het schema voor de eindopdracht ingevuld (zie e-mail). 

Fictie

• Welke begrippen ken je nog? (kijk in je schrift)

• Kahoot: https://create.kahoot.it/details/501f4b65-75f7-4cb6-81cf-3bbcc98f8e50

• Begrippen blok 1 t/m 4 fictie

Fictie blok 3, 15 minuten

• Hoofdpersoon
• Personages
• Personages beschrijven
• Vertelperspectief

• Koppel de theorie aan het verhaal in je boek

Fictie blok 4, 15 + 30 minuten

• Spanning in het verhaal
• Ruimte
• Sfeer

• Koppel de theorie aan het verhaal in je leesboek.
• Fictie blok 4, opdracht 1 (en 5) maken en nabespreken

Eindopdracht 

• Leesboek lezen binnen 5 weken
• Keuze uit: lapbook, presentatie, mondeling
• Theorie toepassen op je eigen leesboek
• Aantonen dat je de theorie van fictie kent en kan toepassen
• Schema via de e-mail 
• Opdracht: Vul het schema in. 

Energizer

https://www.youtube.com/watch?v=DHMxfA2OivI

Werkwoord spelling

• Wat weet je nog? 
• Voldoende basis of extra hulp nodig?
• T/m vraag 9 nabesproken.

Code socrative: SOC-35905105

• Socrative, 20 zinnen, random aanbieden, direct feedback.
• Op het moment dat je een zin verkeerd hebt, noteer je het nummer van die zin in je schrift.

Werkwoord spelling

• Na afloop krijg je een strookje waarop je omcirkelt welke zinnen je fout had. Zo heb je meteen een overzicht bij welk onderdeel je veel fouten maakt. 

• Extra uitleg krijgen en laten oefenen met de onderdelen die je lastig vindt (zie document e-mail). 
  

Tijd over? Galgje

- Een woord dat je maken heeft met fictie

- Een woord dat uit je leesboek komt

Maak de volgende zinnen af...

benodigdheden: iPad

Wat heb ik deze les gedaan?

Wat heb ik deze les geleerd? Denk aan de lesdoelen.

Doelen behaald?

• Aan het einde van de les weet je welke personages, vertelperspectieven, spanningsmogelijkheden en ruimte en sfeer omschrijvingen zijn.
• Aan het einde van de les heb je fictie, blok 4, opdracht 1 (en 5) gemaakt en nabesproken. 
  
• Aan het einde heb je het schema voor de eindopdracht ingevuld (zie e-mail). 

Afsluiting

• Zijn er vragen?
• Volgende les: huiswerk = Blok 4, fictie, opdracht 1 (en 5)
• Bedankt voor jullie aandacht
• Schuif de stoelen aan

Opdracht: tijdslijn

• Ben je vroeger voorgelezen?
• Heb je anderen voorgelezen?
• Welke boeken ken je nog?
• Wat was daar bijzonder aan?

• Maak: opdracht tijdslijn