les 2 thema 6 km2b wo 25 mei

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.

Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.

Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.

Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.

Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00

Slide 1 - Slide

Deze les
-Terugblik leerdoelen vorige les.  
-Uitleg nieuwe doelen thema 6.   
-Opdrachten maken.   
-Afsluiten; hoe is het deze les gegaan? 

Slide 2 - Slide

De leerdoelen voor deze week: 
-Je kunt biotische en abiotische factoren onderscheiden.
-Je kunt de niveaus van de ecologie beschrijven.

En alvast voor volgende week (want dan is er maar 1 bio les)
-Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken.
-Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen onderscheiden.



Slide 3 - Slide

-Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken.
-Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen onderscheiden.
Deze les een begin B2, volgende week meer uitleg hierover.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Voedselketen.
De eerste schakel is altijd een plant want...

Daarna komen de consumenten van 1e 2e etc orde.

Consumenten kunnen zijn planteneter (herbivoor), vleeseter (carnivoor) en alleseter (omnivoor).

Waarom kan een planteneter (herbivoor) alleen maar consument van de 1e orde zijn..
en een vleeseter (carnivoor) alleen maar 2 of hoger?
en een alleseter (omnivoor) zowel 1 als 2 en hoger?  

Slide 6 - Slide

voedselketen

Slide 7 - Slide

Producenten ->  planten


Consumenten -> planteneters, vleeseters, alleseters en afvaleters

Reducenten -> schimmels en bacterieën

Slide 8 - Slide

Noem een voedselketen met 3 schakels

Slide 9 - Open question

Voedselweb/

voedselnet

Slide 10 - Slide

Verschil tussen 
voedselketen en 
voedsel web: 
Een voedselweb zijn
meerdere voedsel-
ketens die met el-
kaar samenhangen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 13 - Quiz

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 14 - Quiz

Voedselweb of voedselketen?
A
Voedselweb
B
Voedselketen

Slide 15 - Quiz

afvaleters
Als planten en dieren doodgaan dan kunnen ze als voedsel dienen voor de afval eters (regenworm, aasgier etc).
Deze dieren (afvaleters) staan niet in het voedselweb want in de voedselketens bestaan alle schakels uit levende wezens. 

Slide 16 - Slide

Reducenten
Alle resten van de planten en dieren (dus ook van de afval eters) worden uiteindelijk afgebroken door de reducenten.

De reducenten zijn de bacteriën en de schimmels.
Zij maken van de dode organismen weer voedingsstoffen voor de planten. 
En zo krijg je een kringloop van stoffen.


Slide 17 - Slide

Kringloop
  • Producenten
  • Consumenten
  • Reducenten

Consumenten van
de 1e, 2e, 3e orde.
(enz.)
Consumenten zijn dieren die planten of andere dieren eten.
Planten maken met behulp van fotosynthese glucose aan. Planten zijn de basis voor alle voedselketens en worden daarom producenten genoemd.
Bacteriën en schimmels eten de resten op die de afvaleters achterlaten, zie worden reducenten genoemd.

Slide 18 - Slide

Een paddenstoel:
Producent, Consument of Reducent?
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 19 - Quiz

Een vis:
Producent, Consument of Reducent?
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 20 - Quiz

Een bananenplant
Producent, Consument of Reducent?
A
Producent
B
Consument
C
Reducent

Slide 21 - Quiz

Het konijn (rabbit) in dit voedselweb is een ....
A
Consument van de eerste orde
B
Consument van de tweede orde
C
Consument van de derde orde
D
Consument van de eerste en tweede orde

Slide 22 - Quiz

De uil (Owl) in dit voedselweb is een ....
A
Consument van de eerste orde
B
Consument van de tweede orde
C
Consument van de derde orde
D
Consument van de eerste en tweede orde

Slide 23 - Quiz

De vogel (kite) is een ....
A
Consument van de eerste orde
B
Consument van de tweede orde
C
Consument van de derde orde
D
Consument van de eerste en tweede orde

Slide 24 - Quiz

timer
10:00
Leerdoelen:
-Je kunt de invloeden op organismen indelen in biotische en abiotische factoren.
-Je kunt de niveaus van de ecologie beschrijven.

-Je kunt een voedselketen en een voedselweb maken.
-Je kunt de groepen organismen in de kringloop van stoffen onderscheiden.


Kun je bereiken door:
-De tekst van thema 6 basisstof 1 en 2 te lezen/bestuderen.
-Te maken: Basisstof 1 thema 6 en alvast te beginnen aan B2.
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.
  laatste 5 minuten sluiten we af met drie vragen in de lessonup.  
Eerst 5 minuten in stilte, daarna mag je fluisterend overleggen met je buurman/vrouw.

Slide 25 - Slide

Afsluiting.

Wat nog niet af is van de studiewijzer van deze week is huiswerk voor de 1e les van volgende week. (maandag)

Wat heb je geleerd deze les, alles duidelijk? Kun je de volgende vraag goed beantwoorden?


Zo niet gebruik dan de volgende links in lessonup om extra te oefenen.

Slide 26 - Slide

Waarmee begint een voedselketen altijd?
A
vis
B
plantjes
C
insecten
D
bladluis

Slide 29 - Quiz

Biotisch of abiotisch?
Roofdieren

A
biotisch
B
abiotisch

Slide 30 - Quiz

In een voedselketen staat elke organisme voor een
A
schakel
B
voedselketen
C
voedselweb

Slide 31 - Quiz

Ver genoeg gekomen met de opdrachten?
Zo niet; genoteerd wat je thuis gaat doen?  

Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.
Laat je plek netjes achter, schuif je stoel aan en vergeet je mobiel niet.

Slide 32 - Slide