EHBO, lesweek 1.3

ademhalingsstoornis en verslikken
1 / 23
next
Slide 1: Slide
VTMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

ademhalingsstoornis en verslikken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De patiënt haalt nog adem, maar de ademhaling is bedreigd. Hoe kan je dit zien?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Wat kunnen de mogelijke oorzaken zijn van een bedreigde ademhaling?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

oorzaken bedreigde ademhaling
  • Verwondingen in het gezicht 
  • Verwondingen van de borstkas 
  • Bewusteloosheid kan een verminderde ademhalingsprikkel veroorzaken. Braaksel
  • Sommige vergiftigingen veroorzaken een verminderde ademhalingsprikkel. 
  • Bij verdrinking kan vocht in de longen ademhalingsproblemen veroorzaken.
  • Vreemde voorwerpen in de keel kunnen de ademhaling belemmeren. Dit kan ook een kunstgebit zijn.
  • verergering van bestaande longaandoening

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je als het slachtoffer niet reageert?

  • Laat het slachtoffer in de houding waarin je hem aantreft, mits er verder geen gevaar dreigt.
  • Probeer te achterhalen wat er aan de hand is en zorg zo nodig voor hulp.
  • Controleer regelmatig de ademhaling van het slachtoffer.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je als het slachtoffer niet reageert

  • Roep om hulp. 
  • Draai het slachtoffer op zijn rug en maak de luchtweg vrij met de hoofdkantel-kinliftmethode.
  • Beoordeel, na controle van het bewustzijn, de ademhaling door hoogstens tien seconden te kijken, te luisteren en te voelen:
  • Stel vast of de ademhaling normaal, niet normaal of afwezig is.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Vergif kan op drie manieren in het lichaam terecht komen. Welke 3?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

3 manieren van vergiftiging
via het spijsverteringskanaal
via de ademhaling
via de huid

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je direct als iemand via de spijvertering vergiftigd is met een voor jou onbekende stof?
A
laten braken
B
water laten drinken
C
bellen met professionele hulp.
D
melk laten drinken

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Wat doe je als iemand giftige stoffen op de huid heeft gekregen?

Slide 11 - Open question

Kleding uit laten doen
met handschoenen aan in een zak doen.
Ruim spoelen met lauw stromend water, 45 minuten
Hoe kan je slagaderlijke bloeding van een aderlijke bloeding onderscheiden?
A
slagaderlijk bloed is helder rood, aderlijk donderrood
B
slagaderlijk bloed is donker rood, aderlijk bloed helder rood
C
als het veel is het een slagaderlijke bloeding
D
het verschik is alleen voor een arts te zien

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

als iemand een flinke bloeding heeft hou je het getroffen lichaamsdeel naar beneden.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Hoe kun je het beste een flinke bloeding stoppen?
A
lichaamsdeel hoog houden en afdrukken naast de wond
B
lichaamsdeel hoog houden en afdrukken in de wond
C
lichaamsdeel laag houden en afdrukken naast de wond
D
lichaamsdeel laag houden en afdrukken in de wond

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Inwendige bloeding
slachtoffer in een geschikte houding leggen
Zorgen dat het slachtoffer niet afkoelt, maar het ook niet te warm krijgt.
Alarm slaan.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

shock
Er is te weinig bloed beschikbaar voor circulatie in het lichaam. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat is het gevolg van een shock?

Slide 17 - Open question

te weinig zuurstof.
Vitale organen worden zo lang mogelijk voorzien
Slechte circulatie


Lage bloeddruk door bloedverlies
Aanvankelijk helder bewustzijn door goede hersendoorbloeding
Verwardheid of apathie na verloop van tijd
Ingevallen gezicht door vochtverlies
Dorstgevoel
Uiteindelijk verminderde urineproductie door slechte doorbloeding van de nier

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Verhoogd adrenalinegehalte


Snelle pols door stijgende hartfrequentie
Grauwbleke huid door herverdeling van het bloed
Klamme huid door zweten
Snelle ademhaling om zo veel mogelijk zuurstof op te nemen
Aanvankelijk zeer alert

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

4 hoofd oorzaken
bloedverlies = hypovolemische shock.
hartproblemen = cardiogene shock.
verbranding, extreem bloedverlies via de huid
sterke allergische reactie = anafylactische shock

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Eerste hulp bij een shock
Neem zo mogelijk de oorzaak van de shock weg. 
Leg het slachtoffer in een zo prettig mogelijke houding.
Geef niets te eten of te drinken. 
Voorkom afkoeling, maar warm het slachtoffer niet actief op.
Vermijd angst en onrust bij het slachtoffer. 
Controleer de pols en de ademhaling voortdurend.
Alarmeer zo snel mogelijk 112, nadat je de shock geconstateerd hebt. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Verschijnselen van flauwte

 


zweten en geeuwen
bleke huid
kortdurend verminderd bewustzijn
flauwvallen
klachten van oorsuizingen en sterretjes/vlekjes zien

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat doe je als iemand flauw is gevallen?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions