A1C H1 les 15

Bonjour!
H1   Coucou les copains!           
1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Bonjour!
H1   Coucou les copains!           

Slide 1 - Slide

Comment ça va ?

ça va super! 
Je suis en pleine forme

je suis amoureux(se)
je suis fatigué(e)
je suis crevé(e)
ça ne va pas du tout

Slide 2 - Slide

les devoirs pour mardi
Herhalen:
  • de pers. v.n.w.
  • het ww avoir
  • voc E en F
  • maken: ex 31def
  • Neem kleuren stiften of potloden mee + foto

Slide 3 - Slide

à la fin du cours
Je hebt de pers, v.n.w. geleerd

Je kan het werkwoord avoir gebruiken

Slide 4 - Slide

A
Bonjour

Vraag hoe B heet

Vraag hoe oud B is

Vraag of b een zus heeft


B
Bonjour




Slide 5 - Slide

A1C

Slide 6 - Slide

Wat betekent avoir?

Slide 7 - Open question

J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons

Slide 8 - Drag question

Ken je het rijtje van "avoir" (met vertaling) ?
avoir...... avoir.......
       mmmm....

Slide 9 - Slide

AVOIR ( = hebben)
Vervoeging van "avoir" met vertaling :
stopwatch
00:00

Slide 10 - Slide

Wat betekent "nous avons"?
A
ik heb
B
u heeft
C
wij hebben
D
zij hebben

Slide 11 - Quiz

Wat betekent "il a" ?
A
hij heeft
B
zij heeft
C
u heeft
D
zij hebben

Slide 12 - Quiz

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. zij  heeft
B. zij hebben
C.  men heeft
D.  jullie hebben
E. jij / je hebt
F. wij hebben
1.  nous  avons
2.  tu  as
3.  ils  ont
4.  on  a
5.  vous avez
6.  elle  a

Slide 13 - Drag question

Nous ..... une voiture et un vélo
A
a
B
ont
C
avez
D
avons

Slide 14 - Quiz

Il .... quinze ans
A
as
B
a
C
ai
D
avez

Slide 15 - Quiz

Vous ..... une grande chambre?
A
ai
B
avez
C
avons
D
as

Slide 16 - Quiz

Non, j'.... un frère
A
ai
B
a
C
as
D
ont

Slide 17 - Quiz

Le garçon ................un vélo
A
ai
B
as
C
a
D
avons

Slide 18 - Quiz

La ville .... beaucoup de magasins
A
avons
B
a
C
est
D
ont

Slide 19 - Quiz

exercices p. 49
Faire:    ex 31d
                ex 31e
                ex 31f
         

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Objectifs
Qu'est-ce que tu as appris aujourd'hui?




Wat heb je vandaag geleerd/ herhaald?

Slide 22 - Slide