Havo 1 - Spelling H4.5 - Les 2

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 1

SPELLING HOOFDSTUK 4.5 

Les 2

H1 & MH1

Lesprogramma

- Voorkennis activeren

- Theorie 'verkleinwoorden'

- Eventuele vragen over het huiswerk beantwoorden

- Aan de slag met opdrachten

- Afsluiting les

Lesdoel

Aan het einde van de les kun je een verkleinwoord maken van een zelfstandig naamwoord.

Wat is een zelfstandig naamwoord?

Wat wordt er bedoeld met een 'verkleinwoord' ?

Wat is het verkleinwoord van het woord 'boom' ?

Wat is het verkleinwoord van 'dans'?

Wat is het verkleinwoord van 'baby'?

Wat is het verkleinwoord van 'paraplu'?

Wat is het verkleinwoord van 'dvd'?

Wat is het verkleinwoord van 'koning'?

Let op

Als een woord eindigt op –ng, gebruik je –kje en laat je de –g weg.​

koning - koninkje​

ketting - kettinkje

Samenvatting

Je kunt als volgt een verkleinwoord maken:

- je , -pje, -tje, -kje

Of door een extra klinker toe te voegen (auto - autootje) 

Of door de apostrof (') te gebruiken (A4 - A4'tje)

Schrijf in je schrift

Zijn er nog vragen over het huiswerk?

Heb je geen vragen, dan ga je op je Chromebook aan de slag met opdracht 7 t/m 12 van H4.5 Spelling. Dit is ook huiswerk voor morgen!

Aan de slag

Ga op je Chromebook aan de slag met opdracht 7 t/m 12 van H4.5 Spelling. Dit is ook huiswerk voor morgen!

Terugblikken op het lesdoel

- Hoe kun je een verklein-
woord maken?