Themakaarten keuze AGSP/AGTM

Keuze Themakaarten
Begeleiden bij seksualiteit 
Begeleiden en zorgen in de thuiszorg en ambulante GHZ
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Agogiek SpecifiekMBOStudiejaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Keuze Themakaarten
Begeleiden bij seksualiteit 
Begeleiden en zorgen in de thuiszorg en ambulante GHZ

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Begeleiden bij seksualiteit

Slide 3 - Slide

Voor veel mensen valt het niet mee om openlijk over seks te praten: Slechts 6% van de mensen met een seksueel
probleem krijgt uiteindelijk professionele hulp. Dit terwijl het een belangrijk onderdeel is van een
goede algehele gezondheid van de mens en betrokkenen. Denk bijvoorbeeld aan preventie van
soa’s en ongewenste zwangerschap, of het signaleren van seksueel geweld.
Door het gesprek aan te gaan als hulpverlener help je je cliënten over de drempel. Je draagt dan
bij aan een cultuur waarin praten over seksualiteit normaal is, waardoor mensen minder last
hebben van schaamte en vooroordelen. Dit laatste geldt vooral voor mensen met een
verstandelijke of lichamelijke beperking en jongeren of ouderen in een instelling.  Ook draagt het bespreekbaar maken van seksualiteit bij aan het opbouwen van een
open vertrouwensband met de cliënt, zodat je een beter beeld hebt van wat er daadwerkelijk
speelt.
Beroepsproduct: 'Van alles over seks!’-vragenspel
  • In viertallen
  •  'Van alles over seks!’-vragenspel voor individuele gesprekken
  • Vragenkaartjes met verschillende thema's
  • Over en weer vragen stellen (cliënt-hulpverlener / hulpverlener-cliënt)
  • Set vragen voor de hulpverlener en een set vragen voor de cliënt 
  • Er zijn minimaal acht verschillende thema's en per thema zijn er minimaal zes vragen (drie hulpverlener/drie cliënt)

Slide 4 - Slide

Om seksualiteit bespreekbaar te maken, maak je in viertallen een 'Van alles over seks!’-vragenspel voor individuele gesprekken.
Het is de bedoeling dat er over en weer vragen gesteld mogen worden aan de hand van vragenkaartjes met verschillende thema's. De hulpverlener kan vragen stellen aan de cliënt en de cliënt stelt vragen aan de hulpverlener
Maak een set vragen voor de hulpverlener en een set vragen voor de cliënt. Er zijn minimaal acht verschillende thema's en per thema zijn er minimaal zes vragen (drie hulpverlener/drie cliënt)

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Stappenplan
  • Maak een planning en taakverdeling
  • Bedenk verschillende thema's die te maken hebben met seksualiteit (minimaal acht)
  • Bepaal voor welke doelgroep je het vragenspel maakt.
  • Bedenk de spelregels en geef daarbij aan wat het doel van het spel is.
  • Maak de vragen, per thema minimaal zes. Formuleer de vragen zo dat het openheid biedt voor gesprekken, dus niet te persoonlijk, niet te direct


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

En dan...
  • Twee studenten gaan met elkaar in gesprek aan de hand van de vragen. Verdeel de rollen: hulpverlener en cliënt. 
  • Het andere tweetal observeert het gesprek en luistert kritisch naar de vragen en antwoorden in het gesprek. 
  • Zijn de vragen goed geformuleerd om een gesprek over seksualiteit te voeren en informatie te delen?
Na het gesprek geven de observatoren feedback op de vragen: welke vragen geven aanleiding
 voor een goed gesprek en welke vragen moeten nog aangepast worden?
Maak het spel af. Zet de vragen op kaartjes, maak eventueel een spelbord. Maak er een bruikbaar vragenspel van dat je kunt gebruiken in de praktijk.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Eisen
  1. Je hebt minimaal 48 vragen geformuleerd over verschillende thema's rond seksualiteit.
  2. Je hebt de vragen neutraal geformuleerd, niet gericht op persoonlijke beleving en/of ervaringen.
  3.  Je hebt een alarmkaart gemaakt, waarop de handelswijze staat bij een vermoeden van seksueel ontoelaatbaar gedrag.
  4.  Je hebt een gesprek gevoerd over seksualiteit aan de hand van het vragenspel. Hierbij heb je doorgevraagd op vragen die door de cliënt werden gesteld.
  5.  Je hebt een vragenspel gemaakt, dat toepasbaar is in de praktijk voor een specifieke doelgroep.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Begeleiden en zorgen in de thuiszorg en ambulant in GHZ

Slide 9 - Slide

Bij ambulante en thuisbegeleiding vindt de zorg plaats buiten een zorginstelling (zoals een ziekenhuis, een woonvorm of een verpleeghuis).
De cliënt is niet in een zorginstelling, maar de hulpverlener komt naar de cliënt toe.
De cliënt kan ook een afspraak met de hulpverlener in de zorginstelling hebben en daarna weer naar huis gaan
Thuiszorg is gericht op verzorging, huishoudelijke ondersteuning en verpleging van cliënten
Ambulante zorg is meer op het gebied van hulp bij financiën, dagbesteding, hulp bij opvoeding van kinderen enz.

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Beroepsproduct:
Poster thuiszorg en ambulante zorg in de GHZ
  • Maak viertallen
  • Samen maken jullie een filmpje over de door jullie gemaakte poster of Interactieve Clip Builder
  • Hierin laten jullie zien wat de thuiszorg en ambulante zorg in de GHZ precies inhouden en voor welke cliënten deze zorg geschikt is.
  • Ook geef je een concrete beschrijving van de cliënten: hoe zij wonen, welke ondersteuning zij nodig hebben, hoe de zorg gefinancierd wordt en welke hulpverleners betrokken zijn bij de ondersteuning

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan
  • Bespreek samen de opdracht en de aanpak.
  • Maak een planning en een taakverdeling.
  • Bestudeer de theoriebronnen
  • Maak een formulier waarop je de volgende onderdelen zet: *Wat voor cliënten worden ondersteund in de thuiszorg en ambulante zorg? * Waar wonen de cliënten? *Welke ondersteuningsbehoeften hebben de cliënten? *Hoe ondersteunen thuiszorgorganisaties of organisaties voor ambulante zorg deze cliënten? *Welke kennis en vaardigheden heeft een hulpverlener nodig om in de thuiszorg of ambulante zorg te werken? *Hoe draagt de zorg bij aan de kwaliteit van leven en wonen voor de cliënt? *Hoe wordt de zorg gefinancierd? *Welke hulpverleners zijn er nog meer betrokken bij de zorg en ondersteuning en hoe kun je met hen samenwerken?
Ga op internet op zoek naar informatie om de vragen te beantwoorden.
Zoek op internet naar beeldmateriaal, maar probeer ook zelf nieuw beeldmateriaal te maken. Misschien mag je wel langs gaan bij een organisatie!
Maak de poster of Interactieve Clip Builder en zorg ervoor dat je hiervan een filmpje maakt om in te kunnen leveren voor de beoordeling.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

En dan....
Maak de poster of Interactieve Clip Builder, jullie presenteren je product door middel van een filmpje. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Eisen
  1.  Je hebt uitgelegd wat thuiszorg en ambulante zorg in de GHZ inhoudt.
  2. Je hebt aangegeven voor welke cliënten de thuiszorg en ambulante zorg geschikt is.
  3. Je hebt uitgelegd hoe de thuiszorg en ambulante zorg in de GHZ gefinancierd wordt.
  4. Je hebt aangegeven welke hulpverleners betrokken zijn bij thuiszorg en ambulante zorg in de GHZ, welke functies zij hebben en hoe je met hen samen werkt.
  5. Je hebt aangegeven hoe hulpverleners binnen de GHZ werken, welke kennis en vaardigheden zij nodig hebben en hoe zij hun kennis en vaardigheden op peil kunnen houden.
  6. Je hebt aangegeven welke ondersteuningsbehoeften de cliënten in de thuiszorg hebben en welke vorm van ambulante zorg bij hen past.
  7. Je hebt aangegeven hoe thuiszorg kan bijdragen aan de kwaliteit van leven en wonen van de cliënt.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Aan de slag
Lees beide themakaarten door en maak een keuze

Slide 16 - Slide

This item has no instructions