Präpositionen und Fall: wiederholung

Präpositionen und Verben mit Fall
Kleines Büchlein Seite 
Ziel: 
Je herkent de vz
Je kent de ww met naamval
Je kan alle uitgangen van 3de en 4de naamval goed gebruiken
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Präpositionen und Verben mit Fall
Kleines Büchlein Seite 
Ziel: 
Je herkent de vz
Je kent de ww met naamval
Je kan alle uitgangen van 3de en 4de naamval goed gebruiken

Slide 1 - Slide

Voorbereiding
Bevraag elkaar 2 minuut over de uitgangen
Wat valt je op aan de uitgangen in de der/ein Gruppe?
Wat valt je op bij de DER Gruppe 1ste en 4de naamval?
Welke overeenkomsten zie je bij DER/EIN Gruppe?
Welke verschillen?

Slide 2 - Slide

Ich gehe (met mijn) Freunde (MV) ins Kino

Slide 3 - Open question

Er geht (zonder zijn) Vater anglen

Slide 4 - Open question

Ich komme (uit het) Dorf (o) Biddinghuizen

Slide 5 - Open question

Ist diese Jacke (van jouw) Schwester

Slide 6 - Open question

Darf ich (u) etwas fragen?

Slide 7 - Open question

Was kostet (dit) Bröchen (o)

Slide 8 - Open question

Kannst du (mij) bitte helfen?

Slide 9 - Open question

Schmeckt es (u)?

Slide 10 - Open question

Ich danke (je) Für deinen Brief

Slide 11 - Open question