Janet wil kleding voor een feest.
Een medewerker wil graag helpen.
Janet zoekt een bloes en een vest.
Ze mag de bloes eerst passen.
Janet gaat naar de paskamer.
Hij is helaas niet de goede maat.
Het vest is ook te klein.
Het heeft wel mooie knopen.
Een moment alstublieft.
Ik kijk naar een andere maat.