8.3 Geluidssterkte m

 8.3 Geluidsterkte
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

 8.3 Geluidsterkte

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

leerdoelen:
- Je kunt uitleggen wat de amplitude is.
- Je kunt uitleggen wat de geluidssterkte is en hoe je die kan meten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

even herhalen...

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

frequentie is hetzelfde als
A
amplitude
B
trilling
C
toonhoogte
D
trillingstijd

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Als de frequentie omlaag gaat, gaat de toonhoogte...
A
Omhoog
B
Omlaag
C
Verandert niet

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions


Welke van deze 2 afbeeldingen heeft de grootste toonhoogte?
A
links
B
rechts

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Toonhoogte
De toonhoogte is  hoe snel een geluidsbron trilt.
In de natuurkunde spreken we van frequentie.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Geluidsterkte

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Geluidsterkte
Als je tegen een stemvork
aanslaat dan trilt deze.


Deze begin uitslag noemen we amplitude
Als de amplitude groter is dan betekent dit dat het geluid luider is

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Amplitude - geluidssterkte

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

De amplitude van een trilling
Amplitude = de afstand tussen het midden en de uiterste stand. 

 De geluidssterkte wordt bepaald door de amplitude. Hoe harder een geluid, hoe groter de amplitude. 

Slide 11 - Slide

Die trilling wordt heviger als je het geluid harder zet. De drukverschillen in de omringende lucht worden dan ook groter. Daardoor klinkt het geluid harder. 

 Bekijk in figuur 2 de afstand tussen het midden van de trillingen en hun uiterste stand. Dat noem je de amplitude van de trillingen:

Geluidsterkte = hoe hard het geluid is. 
Je meet de geluidsterkte met een decibel-meter. De eenheid is decibel. (hier 80,7 dB)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Geluidsterkte
Een decibelmeter heeft een filter dat je kunt inschakelen: het A-filter

De meter is dan op het bereik van mensen aangepast geeft de waarde in dB(A)


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Geluidsterkte
Geluidssterkte meet je in decibel. Dit schrijf je als dB. 

De gehoordrempel is het moment wanneer geluid hard genoeg is om te horen. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Oorschade
Geluiden vanaf 80 decibel kunnen leiden tot gehoorschade!

Bij een geluid met een geluidssterkte van 140 dB krijg je meteen gehoorschade!

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Amplitude van geluid =
A
Toonhoogte van geluid
B
Hardheid van geluid

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Geluidsterkte kun je meten. Waarin wordt geluidsterkte gemeten?
A
Amplitude
B
Decibel
C
Hertz
D
Trillingstijd

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Met welk apparaat kun je de geluidsterkte meten?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen toonhoogte en geluidsterkte? (selecteer twee antwoorden)
A
Toonhoogte = aantal trillingen
B
Toonhoogte = grootte van trillingen
C
Geluidsterkte = grootte van trillingen
D
Geluidsterkte = aantal trillingen

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag
KGT
Lezen 8.3
maken opdracht 1 t/m 10.

Overleggen mag, maar alleen met degene die naast je zit.

Niet af? Dan huiswerk
BK
Lezen 8.4, 8.5
8.4 1 tot en met 17
8.5 1 tot en met 14

Overleggen mag, maar alleen met degene die naast je zit.
Niet af? Dan huiswerk

Slide 20 - Slide

This item has no instructions