Ik heb de theorieverwerkingsopdrachten van H6 en H7 gemaakt.
Ik weet wat materieel en immaterieel werkklimaat is.
Ik kan hier voorbeelden van geven.
Ik weet het belang hiervan voor alle betrokken partijen.
Ik kan benoemen hoe ik hier zelf een positieve invloed op zou kunnen uitoefenen.