6.3 Europa: klimaat en begroeiing

1 / 41
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
  • wat de kenmerken zijn van de belangrijkste klimaten van de gematigde zone in Europa:
    zeeklimaat, Middellandse Zeeklimaat, droog klimaat, landklimaat, toendraklimaat, hooggebergteklimaat
  • wat het verband is tussen klimaat en plantengroei

Slide 2 - Slide

Klimaatdiagram

Slide 3 - Slide

Zeeklimaten
Een groot deel van Europa heeft een zeeklimaat:

  • hele jaar door neerslag
  • gematigde temperaturen
  • koudste maand = gemiddeld
    > -3 ⁰C

Slide 4 - Slide

Zeeklimaat

Slide 5 - Slide

Zeeklimaten
Middellandse Zeeklimaat / mediterraan klimaat:
  • Zuid-Europa
  • Gemiddeld warmer dan zeeklimaat
  • Drogere zomers

Droog klimaat met nauwelijks neerslag.
->  Rusland en Spanje

Slide 6 - Slide

Middellandse Zeeklimaat

Slide 7 - Slide

Landklimaat
In het binnenland van Europa heerst een landklimaat:
  • Groot temperatuurverschil zomer en winter
  • Koudste maand = gemiddeld tussen de
    -3 ⁰C en -10 ⁰C

Hoe verder naar het oosten, hoe kleiner de invloed van zee.
->  geleidelijke overgang zeeklimaat naar landklimaat

Slide 8 - Slide

Landklimaat

Slide 9 - Slide

Aan de slag:
Wat?
§6.3 Opdrachten 1 t/m 3
        
Waar?
Learnbeat (via magister -> leermiddelen) 
Hulp?
- Theorie (                = bovenin links)
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Herhaling 
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof

Slide 10 - Slide

Welk soort klimaat hebben we in Nederland?

Slide 11 - Open question

Bij een middellandse zeeklimaat is er een
A
droge zomer
B
droge winter
C
natte zomer
D
natte winter

Slide 12 - Quiz

Bij een zeeklimaat mag de koudste maand gemiddeld niet kouder zijn dan
A
3°C
B
-3° C
C
-10°

Slide 13 - Quiz

Bij een landklimaat zijn er
A
koele zomers, warme winters
B
hete zomers, warme winters
C
koele zomers, koude winters
D
hete zomers, koude winters

Slide 14 - Quiz

Bij een landklimaat moet de koudste maand gemiddeld:
A
Kouder zijn dan -10°C
B
Kouder zijn dan -3°C
C
Tussen de -3 en -10°C

Slide 15 - Quiz

Westenwind in Nederland is
A
aanlandige wind
B
aflandige wind

Slide 16 - Quiz

Aanlandige wind in de zomer zorgt voor
A
Opwarming
B
Afkoeling

Slide 17 - Quiz

Aflandige wind in de zomer zorgt voor
A
Opwarming
B
Afkoeling

Slide 18 - Quiz

Aanlandige wind in de winter zorgt voor
A
Opwarming
B
Afkoeling

Slide 19 - Quiz

Aflandige wind in de winter zorgt voor
A
Opwarming
B
Afkoeling

Slide 20 - Quiz

De kant van het gebergte waar het veel regent noem je de

Slide 21 - Open question

Hoe noem je het type regen die ontstaat bij een gebergte?

Slide 22 - Open question

Een droog klimaat komt alleen voor bij een warm klimaat
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Lesdoelen
Aan het einde van de les:
  • wat de kenmerken zijn van de belangrijkste klimaten van de gematigde zone in Europa:
    zeeklimaat, Middellandse Zeeklimaat, droog klimaat, landklimaat, toendraklimaat, hooggebergteklimaat
  • wat het verband is tussen klimaat en plantengroei

Slide 24 - Slide

Koude klimaten - 
Toendraklimaat
Hoge breedteligging + geen invloed zee = koud klimaat:

  < 10 ⁰C = boomgrens
 Hele jaar < 10 ⁰C = grens landklimaat en toendraklimaat 

Winter: lang en koud. Vaak onder de -10 ⁰C


 

Slide 25 - Slide

Toendraklimaat

Slide 26 - Slide

Koude klimaten - 
Hooggebergteklimaat
Kan ook door hoogteligging:

Hooggebergteklimaat: koud klimaat met veel  neerslag (sneeuw).

Zelfs in zomer onder de 0 ⁰C


Slide 27 - Slide

Aan de slag:
Wat?
§6.3 Opdrachten 1, 4, 5, 6
Waar?
Learnbeat (via magister -> leermiddelen) 
Hulp?
- Theorie (                = bovenin links)
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Herhaling 
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof

Slide 28 - Slide

B85 Loofbos
In de gematigde zone, in NL:
 in de zomer gemiddeld > 10 ⁰C en in de winter > -3 ⁰C
Er groeien loofbomen, zoals eiken en beuken
-> loofboomgordel 

• In de subtropen is het gemiddeld warmer en in de zomer droger 
-> mediterrane plantengroei: palmen, olijfbomen, vijgen, kurkeiken

Slide 29 - Slide

B86 Naaldbos (taiga)
In de naaldboomgordel of taiga groeien bijna alleen naaldbomen.
  •  in de gematigde zone tegen de poolstreken aan
  • in de zomer is het gemiddeld > 10 ⁰C 
  • als het kouder is: boomgrens en toendra

 Geen scherpe grens tussen loofboomgordel en naaldboomgordel: gemengd bos

Slide 30 - Slide

B87 Toendra
Kenmerken van de toendra:
  • Ten noorden van de boomgrens 
  • Gemiddeld lager dan 10 ⁰C
  • Grassen, mossen, lage struikjes in de zomer
  • Bevroren en met sneeuw bedekte bodem tijdens lange winters
  • Moerassig in de zomer door permafrost + lage temperaturen
Geen scherpe grens toendra en taiga: bomen staan verder uit elkaar + minder hoog


Slide 31 - Slide

Overgang temperatuur

Slide 32 - Slide

Hoe heet het klimaat waar het gedurende het hele jaar gemiddeld kouder is dan 10°C?

Slide 33 - Open question

Hoe heet het klimaat waar het gedurende het hele jaar gemiddeld kouder is dan 0°C?

Slide 34 - Open question

Toendraklimaat
Middellandse zeeklimaat
Zeeklimaat
Landklimaat

Slide 35 - Drag question

Welk klimaat zie je hier?
A
Zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Hooggebergte klimaat
D
Landklimaat

Slide 36 - Quiz

Welk klimaat zie je hier?
A
Zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Toendraklimaat
D
Landklimaat

Slide 37 - Quiz

Welk klimaat zie je hier?
A
Zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Toendraklimaat
D
Landklimaat

Slide 38 - Quiz

Welk klimaat zie je hier?
A
Zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Toendraklimaat
D
Landklimaat

Slide 39 - Quiz

Welk klimaat zie je hier?
A
Zeeklimaat
B
Middellandse zeeklimaat
C
Hooggebergte klimaat
D
Landklimaat

Slide 40 - Quiz

Aan de slag:
Wat?
§6.3 Opdrachten 5 t/m 9
        
Waar?
Learnbeat (via magister -> leermiddelen) 
Hulp?
- Theorie (                = bovenin links)
- Atlas 
- Docent 
Klaar?
Herhaling 
Niet af?
Huiswerk voor volgende les
Oefenen met de leerstof

Slide 41 - Slide