2.3 Criminaliteit en opsporing

MAS 
18 uur 

tot halverwege mei 2024

1 november MAS-markt 
1 / 25
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

MAS 
18 uur 

tot halverwege mei 2024

1 november MAS-markt 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Welk grondbeginsel legt Bassie hier uit?
A
Grondrechten
B
Ne bis in idem
C
Trias Politica
D
Legaliteitsbeginsel

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

2.3 Criminaliteit en opsporing

lesboek bladzijdes 40 t/m 43 

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 
  • Je kan het verschil tussen een overtreding en een misdrijf uitleggen en herkennen
  • Je weet wat een officier van justitie is en welke taken hij/zij heeft
  • Je kan uitleggen aan welke regels politie en justitie zich moeten houden bij de opsporing van criminaliteit   

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Strafrecht
Hoe gaat de overheid om met burgers die de wet overtreden?

Wie treedt namens de overheid op?

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Overtreding 

  • Minder ernstig strafbaar
  • Vaak met een boete afgedaan
  • Niet altijd Officier van Justitie bij betrokken
  • Veroorzaken van overlast, door rood rijden, wildplassen, zwartrijden
  • Lagere straffen
  • Niet altijd een strafblad

Misdrijf 

  • Ernstig strafbare feiten
Gevangenisstraf
  • Altijd Officier van Justitie bij betrokken
  • Moord, doodslag, verkrachting, drughandel, rijden onder invloed, ontvoering, diefstal
  • Hoge straffen
  • Strafblad 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verschil misdrijf en overtreding
  • Misdrijven worden altijd geregistreerd (ten minste 20 jaar). Dit geldt ook voor overtredingen met een boete vanaf 100 euro, taakstraf of vrijheidsstraf.
  • De straffen voor misdrijven zijn hoger.
  • Een poging tot overtreding is niet strafbaar, een poging tot misdrijf wel.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions


A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Het strafproces 
1. De opsporing
2. De aanhouding
3. Vervolging door het Openbaar Ministerie (OM)
4. De berechting door 1 of meerdere rechters
5. Eventueel hoger beroep en cassatie
6. De uitvoering van de opgelegde straf 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

1. De opsporing 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Officier van Justitie
  • Aanklager (namens het Openbaar Ministerie = OM)
  • Leidt het opsporingsonderzoek
  • Beslist of de verdachte naar de rechter gaat
  • Eist in een strafzaak en bepaalde straf 
  • Zorgt dat de straf wordt uitgevoerd

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

2. Aanhouding

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Rechten van verdachten
  1. Verdacht = redelijk vermoeden
  2. Recht om te weten waar je van verdacht wordt.
  3. Recht op advocaat
  4. Recht om te zwijgen
  5. Beperkte tijd vast houden
  6. Eerlijk proces > onafhankelijke en onpartijdige rechter
  7. Onschuldig tot rechter de straf heeft uitgesproken.
De politie moet dus een goede reden hebben om je aan te houden
vanaf moment van inverzekeringstelling (langer dan 6 uur vastgehouden). Als je de kosten niet kan betalen wordt een advocaat toegewezen
Een verdachte mag maximaal 110 dagen en 6 uur worden vastgehouden voordat de rechtszaak begint
Een verdachte moet wel meewerken aan het vaststellen van de identiteit (legitimatie, vingerafdrukken, DNA)
Wanneer een rechter niet onpartijdig is kan een rechter 'gewraakt' worden. Een voorbeeld hiervan is te vinden in het proces van Wilders
Soms heeft de media iemand al veroordeeld voordat de rechter het vonnis geveld heeft. Dit noem je 'trial by media'. Eenzijdige berichtgeving zorgt er dan voor dat ook de samenleving een verdachte al schuldig vindt. Goede media spreekt dan ook van verdachte ipv dader.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Rechten van verdachten
8. Na de uitspraak van de rechter mag je in hoger beroep gaan
9. Misdrijven en overtredingen kunnen verjaren
10. Vrijgesproken = vrij (behalve als er nieuw bewijs aan het licht komt , zoals DNA en getuigen.  Bijvoorbeeld bij moordzaken) 
ernstige delicten zoals moord kunnen niet verjaren

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

 Bevoegdheden van de politie
  • Iemand staande houden > je hebt een identificatieplicht
  • Een bekeuring geven.
  • Fouilleren.
  • arresteren of aanhouden.
  • Verhoren.
  • Vasthouden.

Bij een strafbaar feit maakt de politie altijd een proces-verbaal op. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Dwangmiddelen - met toestemming
  • Binnengaan van een woning
  • Afluisteren
  • Preventief fouilleren - veiligheidsrisicogebied
  • Infiltratie
  • Langer dan 9 uur vasthouden 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

3. Vervolging door het OM
1. Seponeren

Niet verder
vervolgen 
2.Transactie 

Voorstel tot
straf 

Boete of 
taakstraf  
4. Vervolgen

Voor de rechter 
3. Strafbe-schikking 

een straf opleggen bij lichte delicten --> op de stoel van de rechter  

Je schuld staat vast 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk 
Lezen paragraaf 2.3 Criminaliteit en opsporing
lesboek bladzijdes 40 t/m 43

Maken in je digitale werkboek van paragraaf 2.3 vraag 1, 4, 5, 9, 10 en 14 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions