§5.4 Versterkt broeikaseffect

Hoofdstuk 5. Chemische reacties
§5.4 Versterkt broeikaseffect
1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5. Chemische reacties
§5.4 Versterkt broeikaseffect

Slide 1 - Slide

Mededeling
Volgende week woensdag SO over heel H5

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Paragraaf 5.4 doorlezen 
  • Filmpje kijken over het broeikaseffect 
  • Aan de slag met de opgaven van 5.4 

Slide 3 - Slide

Wat nu doen
  • Paragraaf 5.4 doorlezen in STILTE
  • 10 minuten de tijd 
  • Klaar? alvast de opgaven van 5.4 maken
timer
10:00

Slide 4 - Slide

Ik kan:
  1. drie broeikasgassen noemen
  2. uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect ontstaat
  3. een aantal effecten van het broeikaseffect noemen
  4. een aantal maatregelen noemen om het versterkte broeikaseffect te verkleinen
Leerdoelen

Slide 5 - Slide

Wat weten jullie al over het broeikaseffect?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Video

Natuurlijk broeikaseffect
Versterkt broeikaseffect

Slide 8 - Slide

Zonder het natuurlijk broeikaseffect ...
A
... wordt het heel warm op aarde.
B
... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
C
... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Slide 9 - Quiz

Wat gebeurd er door het versterkt broeikaseffect?
A
het wordt warmer
B
het wordt kouder

Slide 10 - Quiz


Het versterkt broeikaseffect is een groot probleem.
Welke stof veroorzaakt het versterkte broeikaseffect?

A
koolstofmono-oxide
B
stikstofdioxide
C
koolstofdioxide
D
zwaveldioxide

Slide 11 - Quiz

Broeikasgassen zijn gassen die het versterkte broeikaseffect versterken.
De belangrijkste broeikasgassen zijn: 
  1. methaan (CH4)
  2. lachgas (N2O) 
  3. koolstofdioxide (CO2
Broeikasgassen

Slide 12 - Slide

Fossiele brandstoffen
Aardolie

Steenkool

Aardgas

Bestaan uit 'C' en 'H' atomen

Slide 13 - Slide

Welke stoffen ontstaan bij het verbranden van methaan (CH4)?
A
water en koolstof
B
water en koolstofdioxide
C
waterstof en koolstofdioxide
D
waterstof en koolstof

Slide 14 - Quiz

Verbranding van een koolwaterstof

  • Aardgas bestaan voornamelijk uit methaan (CH4
  • Deze verband je om bijvoorbeeld je huis op te warmen 
  • CH4 + O2 --> CO2 + H2
  • Fossiele brandstoffen gebruik dragen bij aan broeikaseffect

Slide 15 - Slide

De belangrijkste bronnen van broeikasgassen zijn:
verwarming, elektriciteit, landbouw (veeteelt), transport en industrie, door gebruik van fossiele brandstoffen. 

Dus moet je een manier verzinnen om dit te beperken.
We moeten duurzaam gaan leven

Maatregelen versterkte broeikaseffect

Slide 16 - Slide

Het broeikaseffect is de schuld van de mens.
A
Ja
B
Nee
C
Geen idee
D
Gedeeltelijk

Slide 17 - Quiz

Dus wat gaan/kunnen 'jullie' doen:
  1. minder lang douchen of minder vaak in bad gaan
  2. de verwarming lager zetten
  3. in plaats van met de scooter met de fiets gaan
  4. energiezuinige apparaten gebruiken
  5. een dikke trui aantrekken
  6. minder vlees eten
 ..........

Maatregelen versterkte broeikaseffect

Slide 18 - Slide

Maak de opgaven in je boek bij 5.4. 
Klaar? Aan mij laten zien. 
Wat nu doen?

Slide 19 - Slide

Aan het einde van de les kan ik:
  1. drie broeikasgassen noemen
  2. uitleggen hoe het versterkte broeikaseffect ontstaat
  3. een aantal effecten van het broeikaseffect noemen
  4. een aantal maatregelen noemen om het versterkte broeikaseffect te verkleinen
Einde van de les: leerdoelen

Slide 20 - Slide