1. Je mag een teller en een noemer van een breuk vermenigvuldigen of delen met hetzelfde getal
2. Bij het vermenigvuldigen van twee of meer breuken moet je telkens de tellers met elkaar en de noemers met elkaar vermenigvuldigen
3. Voor het delen door een breuk geldt de volgende regel: delen door een breuk is hetzelfde als vermenigvuldigen met het omgekeerde van die breuk.
4. Gelijknamige breuken zijn breuken met gelijke noemers. Alleen gelijknamige breuken mag je optellen en aftrekken.
Op de volgende slide staat een link met extra informatie en oefeningen.