H3 - week 19 -chap. 6 Bron D

1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Bonjour tout le monde ! 
Start klaar ?

  • Ga rustig op je vaste plek zitten.
  • Doe je jas en oortjes uit.
  • Doe je telefoon in het zakkie en in je tas.
  • Op tafel: laptop, etui, boek en jdw-map
  • Timer af: stoppen met praten & de les begint

timer
3:00

Slide 2 - Slide

Présence (Aanwezigheid)
Tout le monde est présent?
(Is iedereen aanwezig?)

Slide 3 - Slide

Tu as passé de bonnes vacances?

Slide 4 - Mind map

Voorkennis activeren:
Les mots de la semaine 14 & 15

Prends ton cahier et un stylo!

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Periode 3: Chapitre 6
Bron B
Bron C
Bron D
Bron G
Bron H

Slide 7 - Slide

Les buts


T2: Ik kan personen of dingen met elkaar vergelijken.

Slide 8 - Slide

Les mots de la semaine 14 (h3)
1. Le bac
2. Avant
3. Chaque
4. Il était
5. Quitter
6. Arrêter
7. Refuser
8. Entre
9. Le monde
10. Quand

1. het (havo) eindexamen
2. vroeger / voor
3. ieder / iedere
4. hij was
5. verlaten
6. stoppen
7. weigeren
8. tussen
9. de wereld
10. wanneer, toen

Slide 9 - Slide

Les mots de la semaine 15 (h3)
1. drôle
2. (im)patient(e)
3. Sportif / sportive
4. Sympa
5. Optimiste / pessimiste
6. Méchant(e)
7. Sociable
8. Timide
9. Amusant(e)
10. Sérieux / sérieuse

1. grappig
2. (on)geduldig
3. sportief
4. aardig
5. optimistisch / pessimistisch
6. gemeen
7. sociaal
8. verlegen
9. gezellig
10. serieus

Slide 10 - Slide

Les mots de la semaine 16 (h3)
1. Agé
2. Vieux / vieille
3. Grand(e)
4. Petit(e)
5. Fort(e)
6. Haut(e)
7. Joli(e)
8. Gentil / gentille
9. Mignon / mignonne
10. Heureux / heureuse

1. ouder (in leeftijd)
2. oud
3. groot
4. klein
5. sterk
6. hoog
7. mooi
8. aardig
9. schattig
10 gelukkig

Slide 11 - Slide

p. 57

Slide 12 - Slide

p. 78

Slide 13 - Slide

Grammaire D
Au travail!

Slide 14 - Slide

p. 59

Slide 15 - Slide

De vergelijkingen

Slide 16 - Slide



plus grand que

aussi grand que

moins grand que
Traduction ?

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Chapitre 6
Faire les exercices:
Bron D

Ex. 15abcd, 16abc,18a
p.58-61

Slide 19 - Slide

p. 58

Slide 20 - Slide

p. 59

Slide 21 - Slide

p. 59-60

Slide 22 - Slide

p. 61

Slide 23 - Slide

Les devoirs pour le prochain cours...
Grandes Lignes:

  • Exercices: bron D afmaken
  • Apprendre vocabulaire


Slide 24 - Slide

Evaluatie 
Noem twee woorden die je hebt onthouden uit de les.

Slide 25 - Slide