Einde van WOI

De Eerste Wereldoorlog

Einde Eerste Wereldoorlog en 
de Vrede van Versailles
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

De Eerste Wereldoorlog

Einde Eerste Wereldoorlog en 
de Vrede van Versailles

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Even voorstellen 
  • Hoe zat het ook al weer? Korte quiz
  • Introductie voor de les
  • Dan neemt meneer Spikmans de uitleg over...

Slide 2 - Slide

Van wanneer tot wanneer duurde de Eerste Wereldoorlog?
A
1940-1945
B
1918-1940
C
1814-1818
D
1914-1918

Slide 3 - Quiz

Nationalisme is:
A
Samenwerking tussen verschillende landen
B
Trots zijn op het leger van je eigen land
C
Een grote liefde voor je eigen volk en land
D
Hetzelfde als racisme

Slide 4 - Quiz

In 1914 kwamen veel landen met elkaar in oorlog. Wat is GEEN oorzaak?
A
De opkomst van Hitler
B
Nationalisme
C
Wapenwedloop
D
Bondgenootschappen

Slide 5 - Quiz

Welke moord was de aanleiding voor het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog?
A
De moord op Franz Ferdinand, de troonopvolger van Oosterijk-Hongarije
B
De moord op Jozef Stalin, de leider van de Sovjet-Unie
C
De moord op de Duitse keizer, Wilhelm II
D
De moord op de Russische tsaar, Nicolaas II

Slide 6 - Quiz

Tijdens WOI vochten twee bondgenootschappen tegen elkaar. Bij wie hoorde Duitsland?
A
De centralen
B
De geallieerden
C
De NAVO
D
De Verenigde Naties

Slide 7 - Quiz

Welk land hoorde niet bij de geallieerden?
A
Frankrijk
B
Rusland
C
Engeland
D
Oosterijk-Hongarije

Slide 8 - Quiz

Een loopgravenoorlog is een oorlog die wordt uitgevochten vanuit schuilplaatsen in de grond:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

Met een front wordt bedoeld:
A
De plaats waar gevochten wordt.
B
De wapenfabrieken
C
De plaats waar een oorlog gepland wordt.
D
De voorkant van een leger.

Slide 10 - Quiz

Nederland deed niet mee aan de Eerste Wereldoorlog. Ze waren neutraal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Een totale oorlog is een oorlog:
A
Waarbij veel landen zijn betrokken.
B
Waarin het hele volk wordt ingeschakeld.
C
Waarin zowel te land als ter zee wordt gevochten.
D
Waarin veel soldaten sneuvelen.

Slide 12 - Quiz

De tank werd tijdens de Eerste Wereldoorlog voor het eerst als wapen ingezet. Welke wapens nog meer?
A
Het gifgas, het vliegtuig en de duikboot
B
Het vliegtuig, de auto en de atoombom

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Video