TLK 1 Coördinatie- techniek

1 / 32
next
Slide 1: Slide
VMTMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat weten we nog van de afgelopen weken?

Slide 2 - Mind map

Welke 3 samenwerkende aspecten zorgen voor coördinatie
A
Zintuigen, Centraal zenuwstelsel, Musculatuur
B
Zien, Horen, Voelen
C
Zenuwen, Prikkels, Bewegen

Slide 3 - Quiz

Wat gebeurd er in het centraal zenuwstelsel? (CZS)
A
Prikkels ontvangen
B
Prikkels verwerken
C
Allen zijn goed
D
Prikkels versturen

Slide 4 - Quiz

Het lichaamszwaartepunt is....
A
Het punt waar massa aan alle kanten gelijk is
B
Het steunvlak waarop je staat
C
Het midden van je lichaam

Slide 5 - Quiz

Wat zijn de trainingspijlers
A
Kracht, Snelheid, UHV, coördinatie
B
Techniek en coördinatie
C
Techniek, Tactiek, Conditie, Mentaal,

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Zijn alle pijlers even belangrijk bij een sportprestatie?(geef een voorbeeld!)

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Waarom is coördinatie een voorwaarde voor techniek?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Hoe zit je dit terug in dit filmpje?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Hoe zit je dit terug in dit filmpje?

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Hoe zit je dit terug in dit filmpje?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Bij techniek voer je kracht uit op...
A
Het lichaamszwaartepunt
B
Materiaal dat verplaatst moet worden (zoals een bal)
C
Beide zijn juist

Slide 26 - Quiz

Het aanleren van technieken verloopt volgens 3 fases.
Welke fase komt als laatste?
A
Grofmotorische fase
B
Fijne motorische fase
C
Automatiseringsfase

Slide 27 - Quiz

In welke fase ga je dieper in op de details van de techniek?
A
Grofmotorische fase
B
Fijne motorische fase
C
Automatiseringsfase

Slide 28 - Quiz

Om de coördinatie te verbeteren moet je eerst technieken trainen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quiz

Het ruimtelijk oriëntatievermogen is
A
Vermogen om in een ritme te bewegen
B
Vermogen om balans te bewaren en te herstellen
C
Vermogen om jezelf te oriënteren in tijd en ruimte
D
Vermogen om snel te reageren op signalen

Slide 30 - Quiz

Een voorbeeld van algemene techniek is...
A
Een wreeftrap bij voetbal
B
Hordelopen bij atletiek
C
Het optillen van een zware doos

Slide 31 - Quiz

Usain Bolt staat aan de start van de 100m.

Welke coördinatief vermogen zorgt ervoor dat hij direct reageert op het startschot?
A
Reactievermogen
B
Koppelingsvermogen
C
Schakelvermogen
D
Balanceervermoen

Slide 32 - Quiz