H6.3 De Tweede wereldoorlog

6.3: De wereld brandt(les 2)
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6.3: De wereld brandt(les 2)

Slide 1 - Slide

Deze les:
  • Herhaling vorige les
  • Uitleg oorzaken van de oorlog
  • Aan de slag met het uitwerken van leerdoelen en het maken van opdrachten. 

Slide 2 - Slide

Aan het einde van deze les...
... Kun je uitleggen welke redenen Hitler had om een oorlog te beginnen.
... Kun je uitleggen hoe Hitler zonder leger al een groot gebied veroverde.
... Kun je uitleggen welke bondgenootschappen Hitler sloot.

Slide 3 - Slide

Communisme
Fascisme
Nationaal Socialisme
Adolf Hitler
Benito Mussolini
Josef Stalin

Slide 4 - Drag question

Geef een omschrijving van een totalitaire ideologie

Slide 5 - Open question

Noem twee kenmerken van Fascisme.

Slide 6 - Open question

Maak opdrachten 1 en 3
  • Ga naar blz. 179.
  • H9.3

Slide 7 - Slide

Hitler schendt Verdrag van Versailles
  •  Voert dienstplicht in
  • Troepen in Rijnland
  • Gesprekken Mussolini
  • Herbewapening

Slide 8 - Slide

Oorzaken van de oorlog:
Hitler wil:
  • Meer grondgebied voor het Duitse volk 'lebensraum '
  • Alle Duitssprekende volken moeten bij Duitsland horen 'Heim ims Reich''
Bondgenootschappen: Met Japan en Italië strijden tegen het Westen en de Sovjet- Unie

Slide 9 - Slide

Hitler begint .... 
1938: Oostenrijk wordt overgenomen, ingelijfd. (Anschluss)

  • Britse en Franse regeringen gaan zich met de zaak bemoeien, beloven steun aan Tsjecho- Slowakije bij een buitenlandse aanval.
  • Hitler wordt niet afgeschrikt, oorlog lijkt in september 1938 onvermijdelijk

Slide 10 - Slide

Conferentie in München:
  • Sudetenland (Tsjechië)  afstaan in ruil voor vrede.
  • appeasement: (verzoening) toegeven aan eisen om vrede te bewaren.
  • verwachting dat Hitler minder agressief zou worden, maar vrede niet gered.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat heeft de Anschluss met de afspraken uit de vrede van Versailles te maken?

Slide 13 - Open question

1939:
  • Hitler bedreigt Polen. Groot-Brittannië en Frankrijk beloven steun bij een inval.
  • Augustus : Duitsland en de Sovjet-Unie sloten een niet-aanvalsverdrag.
  • Beloven elkaar niet aan te vallen in ruil voor de helft van Polen.

Slide 14 - Slide

1939 Molotov-Von Ribbentrop pact
Duitsland en de Sovjet-unie. beloven elkaar niet aan te vallen. Waarom?

  • Duitsland: Tweefrontenoorlog voorkomen
  • Sovjet: Tijd rekken om leger aan te sterken


Slide 15 - Slide

6.3: De wereld brandt(les 2)

Slide 16 - Slide

Wat is het doel van het Molotov-Von Ribbentrop pact voor Duitsland en de Sovjet-unie?

Slide 17 - Open question

Waar gaat deze spotprent over?
Toelichting: Chamberlain en Daladier kijken neer op Hitler.
Vertaling: (linksboven:) Joegoslavië, Dantzig, Roemenië;
(onder:) Oostenrijk, Tsjechië, Slowakije, Memel (Litouwen).

Slide 18 - Slide

In het geheim besluiten Duitsland en de Sovjet Unie Oost-Europa te verdelen

Slide 19 - Slide

Maart 1939: Duitsland bezet ook de rest van Tsjecho - Slowakije

Slide 20 - Slide

1939:
  • 1 september:  Duitse leger valt Polen binnen.
  • Groot-Brittannië en Frankrijk verklaren Duitsland de oorlog.
  • Begin WO II in Europa.

Slide 21 - Slide

Duitse veroveringen:
  • Duitsland heeft een overmacht aan tanks, Polen is kansloos.
  • Wanneer het Sovjetleger na 2 weken Oost-Polen binnenvalt is de strijd snel beslist.
  • West-Polen door Duitsland ingelijfd. 

Slide 22 - Slide

Duitse veroveringen:
  • West-Europa krijgt een halfjaar later te maken met een blitzkrieg: snelle aanval (bliksemoorlog)
  •  April 1940: Denemarken en Noorwegen.
  • 10 mei 1940: Nederland, België en Frankrijk.
  • Terreurbombardementen op burgers om het verzet te breken.
  • 14 mei: bombardement op Rotterdam.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Bewering: ''Het bombardement op Rotterdam was een ongeluk.'' Klopt deze bewering wel of niet? Leg je antwoord uit.

Slide 25 - Open question

Aan de slag:
  • Lees het eerste stukje theorie van paragraaf 6.3
  • Maak  opdracht 30, 31, 32 en 37, 38.
  • Werk de leerdoelen uit in je schrift.
  • Lees het tweede stukje theorie (Duitse veroveringen) en zet de gebeurtenissen die volgen op de inval van Polen op een rij.

Slide 26 - Slide