5.2 Europa wordt christelijk

1 / 10

Slide 1: Slide

GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides and 2 videos.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

5.2 Europa wordt christelijk

Slide 1 - Slide

5.2 Leerdoelen

6. Ik kan uitleggen op welke manier het christendom in heel Nederland werd verspreid.

7. Ik kan uitleggen hoe heel Europa christelijk werd.

8. Ik kan uitleggen hoe Germaanse tradities bleven bestaan.

9. Ik kan uitleggen waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving.

Slide 2 - Slide

5.2 Verspreiding christendom LD6

690: Een Engelse groep geestelijken gaat naar Nederland onder leiding van de missionaris Willibrord. Zij bekeren heidenen tot het christendom in opdracht van de paus.

Willibrord mocht kerken bouwen en werd aartsbisschop.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

5.2 Christelijk Europa LD7

Missionarissen beloofden de hemel als heidenen zich bekeerden. Als ze dit niet deden gingen zij naar de hel. Toch was er veel verzet onder de Heidenen.
Missionarissen bekeerden voornamelijk de koningen van een volk. Als de koning christelijk was, volgde het volk vanzelf.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

5.2 leerdoelen

Beantwoord nu zelf leerdoel 8 & 9 in je schrift:
8. Ik kan uitleggen hoe Germaanse tradities bleven bestaan.

9. Ik kan uitleggen waardoor geestelijken belangrijk waren in de samenleving.

Slide 7 - Slide

5.2 Vermenging van culturen LD8

Germaanse tradities bleven in het Christendom bestaan. VB: kabouters
Dagen van de week: woensdag = Wodan
Christelijke feesten werden gevierd op Germaanse feestdagen. VB: Lentefeest = Pasen, midwinterfeest = Kerstmis

Slide 8 - Slide

5.2 Invloedrijke geestelijken LD9

De baas van de kerk is de Paus. Daaronder, van belangrijk naar minder belangrijk, de aartsbisschoppen, bisschoppen en pastoors.
Geestelijken gaven het goede voorbeeld aan de gelovigen: elke zondag hield de pastoor een preek, waarin verteld werd hoe de mensen moesten leven.

Slide 9 - Slide

5.2 Invloedrijke geestelijken LD9

De geestelijken konden lezen en schrijven
Monniken en nonnen leefden afgesloten van de samenleving in een klooster. Zij luisterden naar de abt en hadden een leven vol werken en bidden.
De kerk werd erg rijk door geld en land van edelen en koningen.

Slide 10 - Slide