B1: Organisme

B1: Organisme (blz: 14)
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

B1: Organisme (blz: 14)

Slide 1 - Slide

Voor je ligt
Laptop met lesson-up
Leerwerkboek A
Pen. 
(telefoon zit in de telefoontas)

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
1.1.1 Je kunt uitleggen wat een organisme is.
1.1.2 Je kunt de zeven levenskenmerken noemen.
1.1.3 Je kunt omschrijven wat groei is.
1.1.4 Je kunt onderscheiden of iets levend, dood of levenloos is.

Slide 3 - Slide

Levende wezens
Biologie gaat over organismen. Een organisme is een levend wezen. Mensen, dieren en planten zijn organismen.

Slide 4 - Slide

Noem 5 voorbeelden van organisme.

Slide 5 - Mind map

Wat is een organisme?

Slide 6 - Open question

Waardoor weet je of iets een organisme is?

Slide 7 - Open question

Welke 3 organisme zie je op deze afbeelding?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Slide

Ademhalen
Bewegen
Voortplanten
Uitscheiden
Voeden
Waarnemen
Waarnemen
Waarnemen
Groeien

Slide 10 - Drag question

Planten hebben levenskenmerken.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Groei
In afbeelding 4 zie je dat organismen groeien. Groeien is groter en zwaarder worden. Alle organismen groeien. Zelf ben je ook groter en zwaarder dan toen je een baby was.

Slide 12 - Slide

 Dood en levenloos
Alle organismen gaan dood. Een dood organisme heeft geen levenskenmerken meer. Het kan niet meer ademhalen, groeien of bewegen. Vroeger kon het die dingen wel.
In de natuur zijn ook dingen die nooit hebben geleefd. Zoals een steen. Dingen die nooit hebben geleefd, noem je levenloos. Levenloze dingen hebben geen levenskenmerken gehad. Ze zullen die ook nooit krijgen.
Voorbeelden van levenloze dingen zijn:
• lucht
• steen
• water
Levenloze dingen zijn belangrijk voor organismen. Zonder lucht en water kun je niet leven.



Slide 13 - Slide

Aan de slag
Krul bij: Opdracht 1 , 2 en 4
Maken: opdracht 3, 5, 6, 7, 8

Slide 14 - Slide