werkwoorden vervoegen

werkwoorden vervoegen
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1,2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

werkwoorden vervoegen

Slide 1 - Slide

Jij ..................altijd ineen als je hem ziet.
(krimpen t.t.)

Slide 2 - Open question

Vroeger hebben mijn grootouders groenten (verbouwen)
A
verbouwt
B
verbouwd
C
geverbouwd
D
verbouwde

Slide 3 - Quiz

Mijn broer heeft zijn diploma ....................
(halen)

Slide 4 - Open question

De leerlingen .................. met een wedervraag.
(antwoorden vt)
A
antwoordden
B
antwoordde
C
antwoordten
D
hebben geantwoord

Slide 5 - Quiz

Twee weken geleden ............ jij haar veters aan elkaar (binden)
A
bont
B
bindden
C
bindde
D
bond

Slide 6 - Quiz

Mijn moeder ................ op het toneel
(zingen t.t.)

Slide 7 - Open question

Toen ...................ik mijn oude kleding naar een ontwikkelingsland (zenden vt)

Slide 8 - Open question

Het .............................
(sneeuwen, vt) vorige week.

Slide 9 - Open question

..........................
(Mogen, tt) jij wel zo laat opblijven?

Slide 10 - Open question

Vandaag ...............................
(hagelen, vt) het ook heel even.

Slide 11 - Open question

Numo

Maak taak 

Slide 12 - Slide