Paragraaf 5.3 - Actief op de arbeidsmarkt

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 138 en open je schrift bij het huiswerk!




1 / 34
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 138 en open je schrift bij het huiswerk!




Slide 1 - Slide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 5.2
  2. Uitleg paragraaf 5.3 deel 1
  3. Zelfstandig werken 

Slide 2 - Slide

Onder welke sector valt onderwijs?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 3 - Quiz

Onder welke sector valt ABN AMRO?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 4 - Quiz

Onder welke sector valt de Efteling?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 5 - Quiz

Onder welke sector valt een boerenbedrijf?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 6 - Quiz

Onder welke sector valt een bakkerij & slagerij?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 7 - Quiz

....A.... gebeurt binnen elk bedrijf of organisatie. Taken worden verdeeld en iedere medewerker doet waar hij goed in is. Je hebt dan elk je eigen ...B.... Het werk is bijvoorbeeld verdeeld in leidinggevende en uitvoerende taken.

Slide 8 - Open question

Hoe heet het register waar je de eenmanszaak moet inschrijven?
A
Verkoopregister
B
Kamer van Koophandel register
C
handelsregister
D
Belastingregister

Slide 9 - Quiz

Bij welke vorm hoort dit:
Eigenaren zijn aandeelhouders
A
Eenmanszaak
B
Besloten Vennootschap
C
Vennootschap onder firma

Slide 10 - Quiz

Welk van de vier is GEEN ondernemingsvorm?
A
Eenmanszaak
B
V.o.F
C
B.V.
D
A.P.

Slide 11 - Quiz

Bij welke vorm hoort dit NIET: Schulden worden eventueel betaald uit privégeld.
A
Vennootschap onder firma
B
Eenmanszaak
C
Naamloze vennootschap

Slide 12 - Quiz

Noem een verschil tussen een bv en een nv

Slide 13 - Open question

Van welk soort bedrijf zouden jij en ik aandelen kunnen kopen?
A
Eenmanszaak
B
Besloten vennootschap
C
Vennootschap onder firma
D
Naamloze vennootschap

Slide 14 - Quiz

Noem twee voordelen van een VOF ten opzichte van een eenmanszaak

Slide 15 - Open question

Wat is het verschil tussen een eenmanszaak en een vof?

Slide 16 - Open question

Wat is het verschil tussen een nv en een bv?

Slide 17 - Open question

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 138 en open je schrift bij het huiswerk!




Slide 18 - Slide

Dit gaan we doen deze les
  1. Herhalen paragraaf 5.2
  2. Uitleg paragraaf 5.3 deel 1
  3. Zelfstandig werken 

Slide 19 - Slide

Leerdoelen 5.3
𑿱 Je kunt uitleggen wat de arbeidsmarkt en wat 
    werkgelegenheid is.
𑿱 Je kunt uitleggen wanneer je bij de beroepsbevolking      hoort.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Vraag naar arbeid
Arbeidsmarkt is het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid.


De vraag naar arbeid komt van de werkgevers.
De vraag naar arbeid bepaalt de werkgelegenheid: alle arbeidsplaatsen bij  bedrijven en de overheid.

De werkgelegenheid neem toe als bedrijven meer producten verkopen.

1. Maken 1 t/m 5 blz. 138
2. Maken samenvatting par. 5.3 blz.146
3. Maken herhaling par. 5.3 blz. 149
timer
5:00

Slide 22 - Slide

Aanbod van arbeid
Op de arbeidsmarkt komt het aanbod van arbeid van de beroepsbevolking.

Iedereen vanaf 15 jaar tot de pensioenleeftijd die werkt 
of die werkzoekend is hoort bij de beroepsbevolking.

1. Maken 6 t/m 8 blz. 138
2. Maken samenvatting par. 5.3 blz.146
3. Maken herhaling par. 5.3 blz. 149
timer
5:00

Slide 23 - Slide

Werkloosheid
Werkloosheid:
Wanneer het aanbod van arbeid groter is dan de vraag naar arbeid.

Slide 24 - Slide

Welkom, wat fijn dat jullie er zijn!

Bij binnenkomst
Stap 1: Jas uit op de gang & mobiel in de telefoontas bij het juiste           
             nummer.
Stap 2: Eten/drinken weg & kauwgom/lolly uit.
Stap 3: Open je boek op blz. 139 en open je schrift bij opgave 8 
             van par. 5.3
Stap 4: Pak je etui en rekenmachine erbij.




Slide 25 - Slide

Dit gaan we doen deze les
  1. Opgave 8 klassikaal
  2. Uitleg paragraaf 5.3 deel 2
  3. Zelfstandig werken 

Slide 26 - Slide

Leerdoelen 5.3
𑿱 Je kunt uitleggen wat de arbeidsmarkt en wat 
    werkgelegenheid is.
𑿱 Je kunt uitleggen wanneer je bij de beroepsbevolking      hoort.
𑿱 Je kunt uitleggen waar de Algemene wet gelijke 
    behandeling voor bedoeld is.
𑿱 Je kunt uitleggen wat arbeidsparticipatie is.


Slide 27 - Slide

Algemene wet gelijke behandeling
De kans om betaald werk te vinden is niet voor iedereen even groot…
In de Algemene wet gelijke behandeling staat dat op de arbeidsmarkt geen onderscheid mag worden gemaakt op basis van bijvoorbeeld geslacht, ras, leeftijd of afkomst.

Slide 28 - Slide

Werken wanneer je wilt?
Ook is wettelijk geregeld dat je meer of minder uren kunt gaan 
werken als je dat wilt.
Zo kan je van een fulltime baan naar een parttimebaan gaan als 
je bijvoorbeeld meer tijd wilt om voor je kinderen te zorgen.

Steeds meer mensen hebben een flexibele baan. Zij werken
 alleen wanneer een bedrijf hen nodig heeft. Bijv. uitzendkracht, oproepkracht, nul-urencontract en vaak zzp'ers.

1. Maken 9 t/m 12 blz. 140
2. Maken samenvatting par. 5.3 blz.146
3. Maken herhaling par. 5.3 blz. 149
timer
4:00

Slide 29 - Slide

Arbeidsparticipatie
De arbeidsparticipatie is het percentage van de
bevolking dat tot de beroepsbevolking hoort.

De overheid stimuleert vrouwen om te werken 
en zo economisch onafhankelijk te zijn. 
De arbeidsparticipatie van vrouwen is hierdoor 
sterk toegenomen.
1. Maken 13 & 14 blz. 141
2. Maken samenvatting par. 5.3 blz.146
3. Maken herhaling par. 5.3 blz. 149
timer
4:00

Slide 30 - Slide

Bij werkloosheid is de vraag naar arbeid groter/kleiner dan het aanbod ervan.
A
groter
B
kleiner

Slide 31 - Quiz

Werkgevers die werknemers nodig hebben horen bij ... op de arbeidsmarkt
A
de vraag
B
het aanbod

Slide 32 - Quiz

Werkloze werknemers horen bij ... op de arbeidsmarkt.
A
de vraag
B
het aanbod

Slide 33 - Quiz

timer
6:00

Slide 34 - Slide