Splitsbare werkwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Welkom

Ga rustig zitten.

Wat heb je nodig?

Boek, pen, schrift en iPad

Vorige les

- Persoonsvorm

- Werkwoordelijk gezegde

- Onderwerp

Deze les

- Splitsbare werkwoorden

Vandaag draag ik een spijkerbroek.

Wat is de persoonsvorm?

1. vandaag
2. draag
3. ik
4. een spijkerbroek

Ik zit aan tafel.

Wat is de persoonsvorm?

1. Ik
2. tafel
3. aan
4. zit

De tocht heeft ons twaalf euro gekost.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

1. de boottocht
2. heeft
3. gekost
4. twaalf

De jongen heeft een vis gevangen.

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

1. heeft gevangen
2. een vis gevangen
3. de jongen heeft
4. een vis

Splitsbare werkwoorden

Soms bestaat een persoonsvorm uit twee werkwoorden.

Een woord is dan gesplitst

Ruben ruimt zijn kamer op

Ruben ruimt zijn kamer op

 Ruimt op komt van het werkwoord opruimen

Ruimt op is de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde
De woorden ruimt en op horen bij elkaar.

Noteer de hele vorm van het spl.ww:
Voor het feest kleed ik me snel om.

Noteer de hele vorm van het spl.ww:
Edison vond in 1879 de gloeilamp uit.

Noteer de hele vorm van het spl.ww:
Ik doe het proefwerk van biologie volgende week over.

Noteer de hele vorm van het spl.ww:
Onze mentor windt zich altijd vreselijk op.

Maken

Afmaken: blz. 71 opdr. 9 , blz. 72 opdr. 10

Maken: blz. 73 opdr. 12

Klaar? Oefenen via de link

Volgende les

- Herhalen splitsbare werkwoorden

- Oefenen zelfstandig naamwoorden en lidwoorden