Poëzie les 3

Welkom!
Nodig: leesboek, poëzieboekje
1 / 33
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Nodig: leesboek, poëzieboekje

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Tien minuten lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

1. 10 minuten lezen
2. Gedicht behandelen
3. Opdracht 4+5 maken 
5. Afsluiting


Deze les

Slide 3 - Slide

This item has no instructions



Je hebt de theorie van poëzie herhaald. 

De kan de verschillende vormen van beeldspraak herkennen. 
Leerdoelen deze les:

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

Waar denk jij aan bij dit gedicht? 
Kila:


Babsie:

''Grote bedden associeer ik met geluk. Er is weinig fijner dan liggen in groot, zacht, warm bed. Vooral samen met iemand die lief voor je is."
"Dit gedicht ademt luxe en luiheid. Voor mij klinkt het als een zondag waarop je niets hoeft te doen. "

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Kila:


Babsie:

''Taart eten in bed heb ik al heel lang niet meer gedaan. Laat staan dat iemand die taart kwam brengen. Maar ik kan me voorstellen hoe het zou zijn, dankzij Judith Herzberg."
"Er zit bijzonder veel in dit gedicht, terwijl het maar een heel korte tekst is. Eenvoud, rijkdom, rust, ga zo maar door."

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Uit hoeveel woorden bestaat het gedicht van Judith Herzberg?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Hoeveel regels telt het gedicht van Judith Herzberg?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Hoeveel woorden staan er vaak op een regel?

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Uit hoeveel zinnen bestaat dit gedicht?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

  • Verschil zin en een regel.

  •  Een zin loopt van een hoofdletter tot een punt/uitroepteken/vraagteken.
  • Een regel loopt van helemaal links op de pagina tot helemaal rechts op de pagina.

    Als er geen interpunctie (leestekens) wordt gebruikt in een gedicht, kun je zelf bedenken waar de hoofdletter en de punt zouden staan om te weten waar de zin begint en eindigt. 
Theorie

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Het gedicht van Judith Herzberg bestaat bijvoorbeeld in totaal uit één zin,
("Zullen we zei ze samen in een groot bed in een hotelkamer gaan liggen met pyjama's aan en dan de knecht taart laten brengen?")
maar uit twaalf regels. Dat betekent dat het gedicht elf regelafbrekingen heeft. Die worden enjambementen genoemd. 
Theorie

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Beeldspraak

Slide 14 - Slide

Beeldspraak = figuurlijk bedoelt. 
Je gebruikt een 'beeld' om iets/iemand te typeren. 
Lees de theorie op bladzijde 9 t/m 12 door. 

Maak opdracht 4 op bladzijde 18 in je poëzieboekje. 

Klaar: Les stijlfiguren in LessonUp doornemen en de opdracht van hoofdstuk 5 blz.18 maken. 
--> zie link SOM huiswerk van vandaag. 




Opdracht 4

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions