1.3 2 HV - verwijswoorden en signaalwoorden

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-lesboek, schrift + pen
-leesboek
-laptop (dicht)
timer
3:00
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

-lesboek, schrift + pen
-leesboek
-laptop (dicht)
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Lesplanning

* 10 min. lezen in je leesboek
* uitleg terugblik TH en nieuwe theorie HA en A
* vragen via LessonUp
* zelfstandig werken aan opdrachten


Lesdoel

Aan het eind van de 
les kan/weet ik:
* chronologisch, concluderend, opsommend, samenvattend, tegenstellend en toelichtend verband in een tekst herkennen a.d.h.v. signaalwoorden.
* verbanden binnen een tekst en relaties tussen teksten beoordelen.
*HA: doel-middelverband, oorzakelijk verband, redengevend verband, samenvattend verband, vergelijkend verband.
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Lezen
#boekpraat

1. Wat is de titel en de schrijver van je boek?

2. Als jij dit geschreven had, wat had je anders of beter gedaan?


timer
2:00

Slide 3 - Slide

Lesdoel: Signaalwoorden
In deze Lesson-Up les leer je wat signaalwoorden zijn. Wat het verschil er tussen is, welke functie ze hebben en hoe je ze kunt herkennen in een tekst. 

Slide 4 - Slide

Leesvaardigheid - Signaalwoorden
Maak deze Lesson-Up les op je laptop. Dan zijn de dia's, uitleg en opdrachten beter leesbaar en beter te maken. 

Slide 5 - Slide

Signaalwoorden

Slide 6 - Slide

Wat zijn volgens jou 'signaalwoorden'? Geef hier kort een omschrijving van dit begrip.

Slide 7 - Open question

Een signaalwoord is ... 
bekijk in de volgende dia het filmpje aandachtig. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Geef nu zo goed mogelijk de definitie (omschrijving) van een 'signaalwoord' op. + Noem 1 signaalwoord uit het filmpje en welk signaal het afgeeft (verband)

Slide 10 - Open question

3

Slide 11 - Video

Verlengde instructie HA en A
Cursus 1
Je maakt van $4 Tekstverbanden en signaalwoorden: 
opdracht 1, 2 en 4, blz. 22
ha: $2 Tekstverbanden/signaalwoorden blz. 15, opdr. 5 t/m 7

a: $2 Tekstverbanden/ signaalwoorden opdr. 1, 2 + 3
a: $2 Tekstverbanden/ signaalwoorden opdr. 1, 2 + 3
Je gebruikt hierbij de theorie van blz. 21 (of bij het oogje/online)

Slide 12 - Slide

00:21
Wat is de functie van een signaalwoord?
A
Ze verwijzen naar iets in een zin.
B
Als lezer snap je de tekst beter.
C
Ze geven een verband aan tussen zinnen.
D
Ze maken een tekst makkelijker.

Slide 13 - Quiz

01:03
Geef 1 signaalwoord voor een redengevend tekstverband

Slide 14 - Open question

02:19
Welke 2 tekstverbanden worden er opgenoemd in het filmpje, naast het redengevend tekstverband?

Slide 15 - Open question

Bekijk de volgende dia's goed

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Welke tekstverbanden heb je zojuist in de vorige twee dia's voorbij zien komen?
A
conclusie, doel-middel, oorzaak-gevolg en opsomming
B
conclusie, doel-middel en opsomming
C
conclusie, doel-middel en oorzaak-gevolg
D
conclusie, oorzaak-gevolg, opsomming

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Bij tekstverbanden horen bepaalde signaalwoorden. Bij welk tekstverband hoort het signaalwoord 'echter'?
A
reden of verklaring
B
samenvatting
C
tegenstelling

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Welk tekstverband stond in de 4 groene dia's hiervoor 'alleen' op een dia?
A
tegenstellend tekstverband
B
voorwaardelijk tekstverband
C
tijdaangevend tekstverband
D
redengevend tekstverband

Slide 25 - Quiz

Signaalwoorden in een tekst
Hierna krijg je een dia met een tekstfragement. Lees het fragement aan de linkerkant van de dia; de eerste 7 zinnen. Beantwoord daarna de vragen. 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Welk signaalwoord heb je het vaakst gelezen in de eerste 7e zinnen van het tekstfragment over pubers?
A
ook
B
en
C
maar
D
'ook' en 'en' even vaak

Slide 28 - Quiz

Welke 2 signaalwoorden ben je in de eerste 7 zinnen van het tekstfragment over pubers tegengekomen? Noteer alles wat jij gevonden hebt. + Zet het juiste tekstverband erachter.

Slide 29 - Open question

Ken je nu 'signaalwoorden' in een tekst herkennen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll

Vond je de uitleg over 'signaalwoorden' in deze Lesson-Up les voldoende waardoor je er nu opdrachten over kan maken?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll

Huiswerk volgende week

Slide 32 - Slide

maandag 2 oktober a.s.
Je werkt online/ leermiddelen/ Nederlands/ cursus 1/
Meer dan lezen of in je boek + schrift:
TH: $3 Onbekende Woorden blz. 14, opdr. 1 t/m 4
HA: $2 Tekstverbanden/signaalwoorden  blz. 15, opdr. 5 t/m 7
A: $2 Tekstverbanden/ signaalwoorden, opdracht 1, 2 + 3

Slide 33 - Slide

dinsdag 3 oktober a.s.: 
TH: Je maakt van $4 Tekstverbanden en signaalwoorden: 
opdracht 1, 2 en 4, blz. 22 (theorie van blz. 21)
HA: Je maakt $3 Tekstverbanden en signaalwoorden: 
opdracht 2, 3, 4 en 5 (theorie van blz. 18)
A: opdracht 1, 4 en 5

Slide 34 - Slide