5.0 en 5.1

Hoofdstuk 5
Fabrikanten en arbeiders
1 / 26
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 5
Fabrikanten en arbeiders

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen deze les? 
- Introductie hoofdstuk 5
- Filmfragment Daens 
- Paragraaf 5.1 uitleg
- Klein onderzoekje en uitkomsten bespreken
- Huiswerk (als we nog tijd hebben maken we dit in de les). 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen:
- Aan het eind van de les heb je een idee waar hoofdstuk 5              ' fabrikanten en arbeiders' over gaat. 
- Aan het eind van de les weet je hoe de argrarische en de demografische revolutie de industriële revolutie mogelijk heeft gemaakt. 


Slide 3 - Slide

Waaraan denk je bij de term 'Industriële Revolutie'?

Slide 4 - Mind map

Wat is een revolutie? 
Een revolutie vindt plaats in een korte tijd en heeft enorme en onomkeerbare gevolgen.
De industriële revolutie ging niet in een korte tijd maar, had wel enorme en onomkeerbare gevolgen. 

Slide 5 - Slide

Industriële Revolutie
  • De overgang van kleinschalige handmatige productie naar grootschalige machinale productie
  • Tussen 1750-1900 begonnen in Engeland 
  • Belangrijke uitvindingen: Spinning Jenny, de schietspoel en de stoommachine

Slide 6 - Slide

Economische gevolgen:
  • Huisnijverheid wordt verdrongen door fabrieken
  • Enorme toename van producten 
  • Prijzen van de producten dalen
Maatschappelijke/sociale gevolgen: 
  • Voornaamste middel van bestaan: industrie 
  • Snelle bevolkingsgroei en urbanisatie 
  • Uitgebreide vervoersmogelijkheden
  • Grotere inkomensverschillen

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Werkomstandigheden
  • Saai en/of gevaarlijk werk
  • Lange dagen (14 uren)
  • Lage lonen
  • Geen rechten

Slide 9 - Slide

Videofragment Daens
Hierop moet je letten tijdens de video:

In welke omstandigheden werkt men?
Zijn er zaken die nu niet meer zouden kunnen?

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Hoe waren de werkomstandigheden?

Slide 12 - Mind map

en nu...

Slide 13 - Slide

Paragraaf 5.1 



Argrarische en demografische revolutie 
Deelvraag: Hoe maakten de agrarische revolutie en de demografische revolutie de Industriële Revolutie mogelijk?

Slide 14 - Slide

Jethro Tull
Zoon van een edelsmid
Studeerde aan de universiteit van Oxford
Zwakke gezondheid dus rondreizen door Europa:
Tal van nieuwe ideeën en opvattingen

Slide 15 - Slide

Terug in Engeland
Aan het werk op het landgoed van zijn ouders
Veel verspilling van o.a. zaden
Jethro bedacht een zaaimachine: die stopte netjes alle zaadjes in de grond. De opbrengst werd 8x zo groot!

Slide 16 - Slide

Common fields
Ook voor andere werkzaamheden op de akkers kwamen er machines: alleen voordeel voor grote akkers.
Probleem: in Engeland waren er voor de boeren alleen maar kleine akkers op de open fields.
Meeste landbouwgrond was voor gezamelijk gebruik; verschillende boeren mochten daar hun vee later grazen voor gemeenschappelijk gebruik. 
Het parlement wilde de common fields verkopen.

Slide 17 - Slide

Verkopen van de common fields
Opgekocht door de adel.
Velden werden omheind --> enclosures.
Aangemoedigd door de enclosure acts, wetten die di mogelijk maakten. 
3 miljoen van de 13 miljoen hectare werd een enclosure

Slide 18 - Slide

-Wisselbouw--> steeds andere gewassen werden gezaaid op de grond, zodat de grond niet uitgeput raakte. 
- Andere gewassen zoals aardappelen, mais en bonen.
- Gebruik gemaakt van de de ijzeren ploeg
- Het paard werkt als trekdier gebruikt.

Slide 19 - Slide

Gevolgen van de argrarische revolutie
  • Meer en beter voedsel. 
  • Minder landarbeiders nodig en kleine boeren moesten er mee stoppen. 
  • De werkloosheid steeg op het platteland. 
  •  Deze mensen trokken naar de stad. 

Slide 20 - Slide

Klein onderzoekje
We gaan de levensverwachting onderzoeken in de 16e en 17e eeuw.
We hebben vijf groepjes nodig.  
De opdracht krijg je uitgedeeld. 


timer
8:00

Slide 21 - Slide

Demografische Revolutie
  • Gevolg van de grotere landbouwopbrengsten: de bevolking groeit.
  • 1750-1850 van 6 naar 18 miljoen inwoners.
  • Mede oorzaak: betere hygiëne, gezondheidszorg.
  • Meer kleding nodig--> gunstig voor de textielindustrie. 

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Hoe maakten de agrarische revolutie en de demografische revolutie de Industriële Revolutie mogelijk?

Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Maken:
Vraag 2,4,5 en 7 van paragraaf 5.1 (blz. 127 in je werkboek en blz. 102 in je tekstboek).
Maak je liever een mindmap of samenvatting? Dan mag dat ook! 

Slide 26 - Slide