Eindtoetsen oefenen deel 6

Eindtoetsen oefenen deel 6
Neem op je bank:
* wisbordje
* tabellen
* woordenboek
1 / 54
next
Slide 1: Slide
WiskundeTaal+1Lager onderwijs

This lesson contains 54 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Eindtoetsen oefenen deel 6
Neem op je bank:
* wisbordje
* tabellen
* woordenboek

Slide 1 - Slide

Kijk goed naar de volgende kaart. 
De vraag die er bij hoort is.
Waar ligt nr. 1 ten op zichte van nr. 2

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Nr. 1 ligt ten ...... van nr. 2

Slide 4 - Open question

9 760 + 645 + 4 000 =

Slide 5 - Open question

In welk gebied kan je volgende foto's terugvinden?

Slide 6 - Slide


A
Kempen
B
Kust
C
Ardennen
D
Stad

Slide 7 - Quiz

Jan zijn opa werd geboren in 1952,
hij is in 2019 overleden.
Hoe oud werd hij? (enkel getal)

Slide 8 - Open question

Is het volgende getal deelbaar door 3?

26 867
A
ja
B
nee

Slide 9 - Quiz

6 534 : 100 =

Slide 10 - Open question

1,25 + 1/4 =
(antwoord met
een kommagetal)

Slide 11 - Open question

Een breuk met teller 1
zoals 1/4 noemen we een ...
A
gelijknamige breuk
B
gelijkwaardige breuk
C
stambreuk

Slide 12 - Quiz

Geef de grootste gemeenschappelijke deler van 45 en 30

Slide 13 - Open question

6 255 : 5 =

Slide 14 - Open question

In hoeveel tijd draait de aarde rond de zon?
A
1 dag
B
1 maand
C
1 jaar
D
1 uur

Slide 15 - Quiz

Geef het kleinst gemeenschappelijke veelvoud van 6 en 15

Slide 16 - Open question

In 2024 gingen er 23 500 kinderen naar pennenzakkenrock, in 1996 kwamen er 12 900. Hoeveel kinderen waren er minder in 1996? Je mag cijferen.

Slide 17 - Open question

Wat is de juiste manier om op te lossen?
4 562 : 0,2 =
A
456,2 : 2
B
45 620 : 2
C
456,2 x 2
D
45 620 x 2

Slide 18 - Quiz

Welke naam hoort NIET bij deze figuur?
A
piramide
B
Veelvlak
C
Ruimtefiguur

Slide 19 - Quiz

Rond het volgende getal af tot op een tiende
6,368

Slide 20 - Open question

Zet de volgende maateenheid om:
1/2 m² = .... dm²
A
0,5
B
5
C
50
D
500

Slide 21 - Quiz

In welk gebied kan je volgende foto's terugvinden?

Slide 22 - Slide


A
Kempen
B
Kust
C
Ardennen
D
Stad

Slide 23 - Quiz

5 x 0,30 x 20 =

Slide 24 - Open question

In hoeveel tijd draait de aarde rond haar as?
A
1 dag
B
1 maand
C
1 jaar
D
1 uur

Slide 25 - Quiz

Wat is de juiste Franse vertaling.

winter
A
été
B
hiver
C
automne
D
printemps

Slide 26 - Quiz

0,25 + 2/4 =
(antwoord met
een kommagetal)

Slide 27 - Open question

Welke naam hoort NIET bij deze figuur?
A
Omwentelingslichaam
B
Veelvlak
C
Kubus
D
Ruimtefiguur

Slide 28 - Quiz

De juf verkocht koekjes en verdiende €250. Hiervan gaf ze 20% aan een goed doel? Hoeveel gaf ze weg? (€...)

Slide 29 - Open question

Zet de volgende maateenheid om:
0,1 km = .... m
A
1
B
10
C
100
D
1000

Slide 30 - Quiz

Wat is de juiste Franse vertaling.

herfst
A
été
B
hiver
C
automne
D
printemps

Slide 31 - Quiz

In welk gebied kan je volgende foto's terugvinden?

Slide 32 - Slide


A
Kempen
B
Kust
C
Ardennen
D
Stad

Slide 33 - Quiz

5 378 : 10 =

Slide 34 - Open question

Wat is het genus van het woord:
raam
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 35 - Quiz

Wat is de juiste Franse vertaling.

zomer
A
été
B
hiver
C
automne
D
printemps

Slide 36 - Quiz

De schaduw van een paaltje van 1m is 0,8m.
Hoe hoog is een boom met een schaduw van 320cm? (...m)

Slide 37 - Open question

67 000 - 8 400 =

Slide 38 - Open question

4,889 x 2,036

Welk antwoord ligt het dichtst bij
A
8
B
9
C
10
D
11

Slide 39 - Quiz

Zet de volgende maateenheid om:
0,35m = .... cm
A
350
B
35
C
3,5
D
0,035

Slide 40 - Quiz

Wat is de juiste Franse vertaling.

sneeuwen
A
pleuvoir
B
neiger
C
il y a du soleil
D
il fait mauvais

Slide 41 - Quiz

Wat is het genus van het woord:
bril
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 42 - Quiz

Welke naam hoort NIET bij deze figuur?
A
Omwentelingslichaam
B
Veelvlak
C
Cilinder
D
Ruimtefiguur

Slide 43 - Quiz

Wat is de juiste Franse vertaling.

voor
A
derrière
B
devant
C
sur
D
sous

Slide 44 - Quiz

Een stokje van 1m geeft een schaduw van 50cm. Hoe hoog is een huis met een schaduw van 4m (...m)

Slide 45 - Open question

Zet de volgende maateenheid om:
0,4 kg = .... g
A
4
B
40
C
400
D
4000

Slide 46 - Quiz

Wat is het genus van het woord:
bord
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 47 - Quiz

Welke werelddelen herken je?

Slide 48 - Slide


Slide 49 - Open question


Slide 50 - Open question


Slide 51 - Open question

Kijk goed naar de volgende kaart. 
De vraag die er bij hoort is.
Waar ligt Duitsland ten opzichte van België

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Duitsland ligt ten ...... van België.

Slide 54 - Open question