oefentoets periode 1 Persoonlijke zorg

Oefentoets PZT periode 1
Thema 2 en thema 4 
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Persoonlijke zorgMBOStudiejaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets PZT periode 1
Thema 2 en thema 4 

Slide 1 - Slide

Waar wordt op gelet bij de afbeelding van de ontlasting
A
Samenstelling
B
Consistentie
C
Kleur
D
Hoeveelheid

Slide 2 - Quiz

Micro-organismen kunnen het lichaam binnendringen via....
Meerdere antwoorden zijn mogelijk
A
luchtwegen
B
de handen
C
huid en slijmvliezen
D
het bloed

Slide 3 - Quiz

Bij smetten moet je de huid droog houden door.........
A
hiervoor een poeder te gebruiken
B
Hiervoor zinkzalfpasta te gebruiken
C
door de huid droog te föhnen
D
geen van de hierboven genoemde antwoorden zijn goed

Slide 4 - Quiz

Jeuk is....
A
soms erger dan pijn
B
een bijverschijnsel van suikerziekte
C
een schimmelinfectie van de huid
D
een bijverschijnsel van een medicijn

Slide 5 - Quiz

Smetten ontstaat door.......
Meerdere antwoorden zijn mogelijk
A
bacteriën
B
veel transpireren van de huid
C
na het wassen de huid niet goed af te drogen
D
teveel eten

Slide 6 - Quiz

Braken is een ritmische beweging van de slokdarm, waarbij een brandend gevoel opstijgt uit de maag via de slokdarm naar de keel?

A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Welke discipline kun je inschakelen bij het ophoesten van het sputum:

A
Logopedist
B
Arts
C
Fysiotherapeut

Slide 8 - Quiz

wanneer spreken we van koorts
A
bij een temperatuur boven de 37.5
B
bij een temperatuur boven de 38
C
tussen de 38 en 39 graden. daarboven verhoging
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 9 - Quiz

Incontinentie is het
A
ongewild verliezen van urine en/of ontlasting
B
het achterblijven van urine in de blaas
C
verstopping van de darmen

Slide 10 - Quiz

Te lang je urine ophouden kan zorgen voor een blaasontsteking?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Waarom heeft iemand sputum?

A
Omdat dat bij het ouder worden hoort.
B
Omdat hij verkouden is.
C
Om schadelijke stoffen uit de longen te krijgen.

Slide 12 - Quiz

Welke discipline kun je inschakelen bij het ophoesten van het sputum:

A
Logopedist
B
Arts
C
Fysiotherapeut

Slide 13 - Quiz

Als urine ‘zoetig’ ruikt kan het wijzen op suikerziekte
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz

Bij het afnemen van een sputummonster draag je…

A
handschoenen aan en ga naast de cliënt staan
B
geen handschoenen en ga je naast de cliënt staan
C
wel handschoenen en ga je juist voor de cliënt staan

Slide 15 - Quiz

Wat kan ‘zwarte poep’ zeggen over je gezondheid?
A
Kan duiden op maag-darmproblemen
B
Mogelijk wormen
C
Afbraak van medicijnen
D
Interne bloedingen

Slide 16 - Quiz

Welk van deze behandelingen werkt niet tegen sputum?

A
De cliënt middelen als Fluimicil(slijmoplosser) geven.
B
Gaat vanzelf weer over.
C
De onderliggende oorzaak van sputum behandelen, zoals een longontsteking of griep

Slide 17 - Quiz

Welke uitspraak is juist?
A
Je kunt niet aan de kleur aflezen wat de onderliggende ziekte is.
B
Als het sputum groen is betekent het dat er een bacteriële infectie is.
C
Je hoeft als zorgverlener niet alert te zijn op verkleuring van sputum

Slide 18 - Quiz

Parodontitis betekent
A
tandvleesontsteking
B
terugtrekken van tandvlees
C
gaatjes in de tanden
D
ontsteking van het gehemelte

Slide 19 - Quiz

De uitscheidingsorganen zijn
A
huid en nieren
B
huid en maag
C
huid en lever
D
huid en hersenen

Slide 20 - Quiz

Het uitscheidingsproduct van de darmen is
A
ontlasting
B
water en giftige stoffen
C
water en afvalstoffen
D
A,B,C zijn allemaal fout

Slide 21 - Quiz

Wat is decubitus
A
een allergie voor verzorgingsproducten
B
een doorligplek
C
beschadiging van de huid
D
eczeem

Slide 22 - Quiz

Voor wie draag je handschoenen..?
A
bescherming voor de cliënt
B
bescherming voor jezelf

Slide 23 - Quiz

Volgorde tandenpoetsen volgens de BBB
A
Bovenkant,Binnenkant, Buitenkant
B
Binnenkant,Buitenkant, Bovenkant
C
Buitenkant,Binnenkant, Bovenkant

Slide 24 - Quiz

Waarom moet je sieraden verwijderen bij verwondingen aan arm of hand?
A
Die zitten vol bacteriën
B
Die gaan knellen bij het verbinden
C
Die kunnen kwijtraken in het ziekenhuis

Slide 25 - Quiz

Persoonlijke verzorging is een onderdeel van zelfzorg
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

wanneer spreken we van koorts
A
bij een temperatuur boven de 37.5
B
bij een temperatuur boven de 38
C
tussen de 38 en 39 graden. daarboven verhoging
D
alle antwoorden zijn juist

Slide 27 - Quiz

De bovendruk bij een bloeddruk heet ook wel
A
Systolische druk
B
Diastolische druk
C
hypertensie
D
hypotensie

Slide 28 - Quiz

welke stelling over incontinentie is NIET WAAR
A
Goede huidverzorging is belangrijk
B
Incontinentiemateriaal verschoon je op vaste momenten
C
het bed bescherm je met een matje
D
Goede hygiëne is belangrijk

Slide 29 - Quiz

Is een virus in staat zelfstandig te leven?
A
Ja, het heeft immers erfelijk materiaal
B
Nee, het heeft een andere cel nodig om te kunnen vermenigvuldigen
C
Ja, virussen leven van de lucht waarin ze zich vermenigvuldigen

Slide 30 - Quiz

Het lichaam van een volwassene bestaat voor ongeveer.... % uit water
A
50 %
B
60 %
C
70 %
D
80 %

Slide 31 - Quiz

Als een cliënt pijn heeft bij het eten of drinken kan er sprake zijn van slechte mondhygiëne
A
Waar
B
Niet waar

Slide 32 - Quiz