b. Waar is David zich van bewust in vers 5+6?
c. Waar is David bang voor? Vers 12-16.
d. Waar verlangt David naar in vers 9+10?
e. Waar bidt David om in vers 12-14?
f. Waardoor is het mogelijk geworden dat het in orde kan komen tussen jou en God volgens 2 Korinthiërs 5:19-20?
g. Wat is volgens jou de boodschap van Psalm 51?
h. Stel dat je vriend of vriendin slachtoffer is geworden van eigen zonden. Hoe zou je hem of haar kunnen bemoedigen?