N2 - werkruimte 1

Snelle
1 / 25
next
Slide 1: Mind map
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Snelle

Slide 1 - Mind map

Slide 2 - Video

Wat vind je van het liedje of van de clip?

Slide 3 - Mind map

Moeilijke woorden
dijen?
naïever?
puberaler?

Slide 4 - Slide

Wat is de juiste omschrijving van:
dijen (r. 5)?
A
het gedeelte van het been tussen de heup en de knie
B
het gedeelte van de arm tussen de elleboog en de schouder
C
het gedeelte van het been tussen de enkel en de knie
D
het gedeelte van de arm tussen de hand en de elleboog

Slide 5 - Quiz

Wat is de juiste omschrijving van:
naïever (r. 20)?
A
Je bent naïef als je makkelijk iemand vertrouwt en iets gelooft.
B
Je bent naïef als je niemand gelooft.
C
Je bent naïef als je snel boos wordt.
D
Je bent naïef als je niet slim bent.

Slide 6 - Quiz

Wat is de juiste omschrijving van:
pubelarer (r. 20)?
A
Gedrag of uitspraken die passen bij de leeftijd van volwassenen. Vaak een beetje flauw, kinderachtig .
B
Gedrag of uitspraken die passen bij de leeftijd van kinderen. Vaak een beetje flauw, kinderachtig.
C
Puberaler is een ander woord voor acne.
D
Gedrag of uitspraken die passen bij de leeftijd van pubers. Vaak een beetje flauw, kinderachtig of onvolwassen.

Slide 7 - Quiz

Hoe wordt het in de tekst gezegd?

Slide 8 - Slide

Wie is 'hij' waar de tekst mee begint?

Slide 9 - Open question

In de tekst staat 'op de tenen door het huis naar de kamer (r. 15). Lees verder in deze alinea. Waarom zou hij op zijn tenen lopen?

Slide 10 - Open question

In de tekst staat dat een meisje hem volledig in zijn waarde liet (r. 19). Wat betekent dit?

Slide 11 - Open question

Lees regel 1 en 2, en daarna regel 25 tot en met 27. Waarom is hij later in de tekst helemaal alleen?

Slide 12 - Open question

Waarom fietst hij met één hand aan het stuur? Wat doet hij met zijn andere hand?

Slide 13 - Open question

Waarom blijft zijn telefoon overgaan (r. 35)? En waarom staat zijn fiets nooit meer in het schuurtje (r. 32)?

Slide 14 - Open question

Waaruit kunnen we afleiden dat de schrijver misschien zelf zoiets heeft meegemaakt? Zoek bewijzen in de tekst.

Slide 15 - Open question

De diepere betekenis

Slide 16 - Slide

Wie vertelt dit verhaal?

Slide 17 - Open question

Waarom heet dit liedje 'Smoorverliefd'?

Slide 18 - Open question

Waarom mijn ze nu nooit meer bij elkaar?

Slide 19 - Open question

Welke boodschap wilt Snelle met dit lied overbrengen? Voor wie zou het lied bedoelt zijn?

Slide 20 - Open question

Wat vind je ervan dat Snelle over dit onderwerp een lied heeft gemaakt?

Slide 21 - Open question

Welk gedeelte an de tekst of het filmpje spreekt je het meest aan? Leg uit waarom.

Slide 22 - Open question

Let jij goed op als je aan het fietsen bent? Wat leer je van deze tekst of van dit filmpje?

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Video

Creatief schrijven
  1. Schrijf een brief van het meisje aan de jongen.
  2. Schrijf een ander einde voor 'Smoorverliefd'.
  3. Schrijf een brief aan Dorothee, Philippe of Nicolas.
  4. Maak een affiche tegen sms'en achter het stuur.

Kies 1 opdracht. 
Schrijf een tekst van minstens 10 regels.

Slide 25 - Slide